Belgische vleesverwerkers proberen tijdens een handelsmissie de Chinese markt weer open te krijgen. Het importverbod loopt een jaar en kost de sector maandelijks € 22,5 miljoen.
Tijdens een Belgische handelsmissie naar China was de Belgische varkenssector afgelopen week goed vertegenwoordigd. De Belgische vleesverwerkende industrie zet alles op alles om de importheffing die vorig jaar september werd ingesteld van tafel te krijgen. Volgens de Belgische nieuwsdienst Belga heeft het Belgische ministerie van Buitenlandse Zaken aangegeven dat er nog geen doorbraak is.
De Belgian Pork group, Danis Meat Group en Jademo nemen deel aan de handelsmissie en zijn gefrustreerd dat bedrijven uit Duitsland en Nederland volop kunnen leveren aan China terwijl zij beperkt worden tot alleen de Europese markt. Danis Meat Group was vorig jaar net begonnen met export naar China toen het embargo ingesteld werd en geeft tegen Belga aan graag weer te exporteren: “Er is genoeg plaats op de Chinese markt voor iedereen. Voor mijn bedrijf schat ik het potentieel op 50 à 70 ton varkensvlees per week.”
België exporteert twee derde van de varkensvleesproductie van 1,1 miljoen ton. Daarvan ging voor het embargo 2% richting China. Inmiddels mag België wel weer varkensvlees exporteren naar Singapore en Vietnam.
Inmiddels bedraagt de schade van de AVP-uitbraak in België volgens de Federatie van het Belgische Vlees (FEBEV) maandelijks € 22,5 miljoen. FEBEV gaat er vanuit dat de totale schade op zal lopen tot € 700 miljoen.
Varkensbedrijven ontvangen 14 maanden na de uitbraak nog altijd minder voor hun slachtrijpe varkens. Volgens de Boerenbond liggen de prijzen momenteel 6 cent onder die in Duitsland en Nederland. De gemiddelde biggenprijs ligt anderhalve euro lager dan in buurlanden. Voor een gemiddeld varkensbedrijf ligt het inkomen volgens de Boerenbond € 35.000 lager dan in Nederland.