Doorgaan naar artikel

Biologisch niet altijd beter voor uitstoot CO2

Geüpdatet op:
Internationale politiek & beleid
Nieuws
Foto: Canva

Foto: Canva

Biologische landbouw kan, afhankelijk van het product, de uitstoot van broeikasgassen verminderen.

Bijvoorbeeld bij koolzaad, tarwe, gerst en varkensvlees. De biologische productie van bonen, pluimveevlees en eieren heeft een iets hogere uitstoot van broeikasgassen. Dat blijkt uit een onderzoek, gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature, op basis van gegevens van bedrijven in Engeland en Wales. Als alle bedrijven daar overschakelen naar biologisch, is de CO2-uitstoot van de landbouw ongeveer 8% lager.

Minder gebruik van kunstmest

De hoeveelheid voor mensen beschikbare energie uit voedsel dat biologisch is geproduceerd ligt gemiddeld 40% lager dan bij een gangbare methode van telen en veehouden. Ook het aandeel eiwit, geschikt voor humane consumptie, ligt lager bij biologische productie. Door minder gebruik van kunstmest, wat wordt geproduceerd met behulp van fossiele brandstoffen, kunnen sommige biologische teelten een kleinere CO2-voetafdruk hebben dan de gangbare variant. Bovendien komt er bij het gebruik van kunstmest lachgas vrij, een sterk broeikasgas. Tegelijk is de opbrengst per hectare door de lagere beschikbaarheid van stikstof, kleiner. Dat hierdoor per saldo, op wereldschaal, meer land nodig is voor eenzelfde productie, is in de vergelijking van de verschillende gewassen en producten niet meegenomen.

Toename uitstoot methaan bij grazers

Meer biologische veehouderij zou zorgen voor vooral meer grazende dieren, zoals schapen en koeien, die laatste vooral voor vleesproductie in plaats van melk. Bij biologische veehouderij is de productie per dier, zowel in geslacht gewicht als in melk- of eierproductie fors lager. Ook moeten dieren meer voer vreten, waardoor de methaan-uitstoot van grazers toeneemt.

Snel delen

Misset Uitgeverij B.V. Auteursrecht voorbehouden

Algemene voorwaarden Privacy Cookies

Beheer
WP Admin