Melk ophalen. Foto: Mark Pasveer
De weken met beperkte prijsbewegingen blijven elkaar opvolgen op de zuivelmarkt. Het is een stabiliteit die vóór het corona-tijdperk zeldzaam was.
De markt is bijna geen markt meer, klagen sommigen. Vrijwel de enige deelmarkten waar deze week wel een aardige prijsbeweging is, zijn de markten waar de verhandelde volumes heel klein zijn. De prijs voor rauwe spotmelk schoot bijvoorbeeld met een cent of 4 omhoog, maar qua volume zet het amper zoden aan de dijk. Vrij beschikbare melk is er amper, dus gebeurt er ook vrijwel niets.
Magere melk
Bij de magere melk gebeurde er iets vergelijkbaars. Omdat er nog wel enige vraag was naar magere melkconcentraat en daar onvoldoende van verkrijgbaar is, verlegde de vraag zich naar magere melk, die prompt centen duurder werd en naar zo’n 18 cent per kilo ging. Het zijn opmerkelijke feitjes, maar aan de randen van de zuivelmarkt. De prijzen voor de grote producten zijn en blijven uitermate stabiel, met een licht positieve ondertoon.
Retail-afzet
De kaasproducenten verkopen momenteel weer minder aan de foodservice-bedrijven, maar kijken met een tevreden blik naar de retail-afzet. Daar gaat wel geen foliekaas heen, maar wel een extra volume hoogwaardiger kazen, waar dan ook een iets betere marge op zit. De consument wil thuis ook iets lekkers hebben.
De gematigde melkaanvoer maakt dat de kaasproducenten ook geen druk voelen. Voorraden zijn er niet of amper, terwijl de kopende partijen die voorraden – vaak uit financiële overwegingen – ook vrijwel niet hebben. In die zin houdt het elkaar mooi in evenwicht, al zouden melkveehouders graag nog iets betere prijzen zien voor hun melk.
Prognose: stabiele prijzen, met uitschieters bij een enkel vloeibaar product.