Dit zijn de vijf foodtrends voor de komende jaren volgens Rabobank

Een aanjager de komende jaren voor consumentengemak wordt het verminderen van keuzestress. Hiermee kan men consumenten ook gezonder en duurzamer laten eten. Deze trend heeft ook impact op alle toeleveranciers. Over het algemeen komen er meer klantgerichte ketens met meer dienstverlening. Dit zal leiden tot meer afhankelijkheid en meer ketensamenwerking. De vijf trends:

Trend 1: consumenten betalen voor meer dienstverlening rondom hun voedsel

Ondanks de hoge prijzen en de prijsbewuste Noordwest-Europese consument, wil die vaak extra betalen voor gemak. Een van die voorbeelden van gemak is thuisbezorging. Rabobank verwacht dat in 2030 15 tot 20% van alle boodschappen online worden besteld en thuisbezorgd.

Innovatie vindt vooral plaats binnen dienstverlening. De bank verwacht groei in gemaksproducten, verschillende bezorgingsmodellen en foodservice-concepten in food retail. Daardoor gaat de consument meer betalen voor voeding. Daar staan ook meer kosten tegenover. Wat en hoeveel er wordt gegeten, verandert echter nauwelijks.

Trend 2: mentaal gemak voor consument vereist delen van meer data in de keten

De bank signaleert een nieuwe vorm van gemak: het voorkomen van keuzestress. Dat kan onder andere door het inperken van het aanbod. Dat levert ook operationeel voordelen op. Het aanbod kan ook worden toegespitst op maatschappelijke wensen zoals gezondheid of duurzaamheid.

De consument is echter nog beperkt bereid om extra te betalen voor gezond of duurzaam. Ook is er nog onduidelijkheid bij hem/haar wat duurzaamheid precies is. Een deel van de consumenten zal deze vraag graag uitbesteden aan de producten of retailers.

Om een duurzamer of gezonder aanbod samen te stellen, is er meer data nodig. Daarom moet er meer informatie over het product binnen de keten worden gedeeld.

Trend 3: duurzaamheid als concurrentievoordeel

Spelers in de voedingsketen gaan consumenten dus helpen bij het maken van duurzamere keuzes. Als iedereen dezelfde algemene criteria gebruikt, ontstaat er echter weinig onderscheid. Als verkopers zich willen onderscheiden op duurzaamheid, moeten de ambities worden gebaseerd op objectieve meetgegevens van de eigen toeleveringsketens.

Het grootste deel van de uitstoot van broeikasgassen vindt plaats in de toeleveringsketen en bij de consumptie (scope 3). Als foodbedrijven duurzaamheid willen inzetten als concurrentievoordeel, is samenwerking met toeleveranciers essentieel, aldus de bank.

Trend 4: gezonder eten is een gedragsaanpassing, geen product

Hoewel consumenten de Schijf van Vijf kennen en het supermarktaanbod volstaat om gezond te kunnen eten, doen consumenten dat niet. Gezonder eten is daarom vooral een gedragsvraagstuk. Daarvoor zijn ingrepen zoals voorlichting, nudging en prijsbeleid nodig.

Meer aandacht voor gezondere voeding heeft een beperkte impact op de keten, zo stelt Rabobank. Afhankelijk van de maatregelen kan de vraag licht verschuiven tussen producten. Ook kunnen producenten, retailers en foodservicebedrijven meeliften op de trend van gepersonaliseerde voeding.

Trend 5: toenemende marktmarkt bij supermarkten

Van wat een gemiddelde consument eet, komt ongeveer 85% via de supermarkt en 15% via horeca en andere foodservice. De inkoop van supermarkten is sterk geconsolideerd en de onderlinge prijsconcurrentie tussen supermarkten groot. Onderhandelingen met producenten en leveranciers verlopen op het scherpst van de snede.

Hoewel consumenten in aandeel minder voedsel uit supermarkten zullen halen de komende tien jaar, blijft de macht van de supermarkten groot. Desondanks zorgt de onderlinge afhankelijkheid die ontstaat in klantgerichte ketens, de zoektocht naar meer dienstverlening en schaarste in grondstoffen wel voor ‘iets meer gebalanceerde machtsverhoudingen’. Door nauwere samenwerking kan de primaire sector vaak betere voorwaarden, inclusief prijzen, onderhandelen.

Lees ook: Rabobank: 5 trends voor duurzamer voedsel