‘Duitse export blijft mogelijk ondanks varkenspest’

Er gloort iets hoop dat de vleesexport er niet enorm onder lijdt, mocht Afrikaanse varkenspest (AVP) opduiken in Duitsland. Tijdens de jaarvergadering van de varkensvakbond ISN vertelt Jörg Altemeier van Tönnies Fleisch dat er gesprekken lopen met China om varkensvlees te blijven exporteren als de varkensziekte wordt gevonden bij wilde zwijnen.

In januari is op het Duitse landbouwministerie al uitgebreid gesproken met een Chinese delegatie. Er ligt een conceptovereenkomst die binnenkort naar China gaat. Daarin staat dat varkensvleesexport mogelijk blijft zolang het virus tot wilde zwijnen beperkt blijft en boerderijvarkens gezond zijn.

Chinezen komen Duitse varkensbedrijven checken

Het is echter nog lang geen gelopen koers. In maart komt een Chinese delegatie naar Duitsland om de bioveiligheid op de varkensbedrijven te checken. Ze willen met eigen ogen zien dat het virus niet zomaar van wilde zwijnen naar boerderijvarkens kan overslaan.

Als ze voldoende vertrouwen hebben in de bioveiligheid op de bedrijven, staan de Chinezen mogelijk open voor aanpassing van de exportdocumenten. Nu is het zo dat bij elke zending varkensvlees naar China, een veterinair moet bevestigen dat Duitsland minimaal 12 maanden vrij is van AVP.

Misverstand over wilde boerderijvarkens of everzwijnen

Altemeier vertelde een anekdote over een misverstand dat de onderhandelingen langdurig frustreerde. China kent namelijk drie soorten varkens: boerderijvarkens, wilde zwijnen en wilde boerderijvarkens. De Chinezen dachten lang dat de Europeanen over besmette, wilde boerderijvarkens spraken, in plaats van everzwijnen.

In de periode januari tot en met november 2019 exporteerde Duitsland 533.050 ton varkensvlees naar China. Na Spanje is Duitsland de tweede Europese exporteur van varkensvlees naar China.