Doorgaan naar artikel

Unilever: ‘Voeding gezonder maken met behoud van smaak’

Productverbetering staat al sinds de jaren negentig op de agenda van Unilever.

Geüpdatet op:
Interview
Food
NAPV Unilever

Els de Groene, Global Director Diet & Health van Unilever - Foto's: Unilever

Productverbetering staat al sinds de jaren negentig op de agenda van Unilever. Hoewel het concern zijn eigen programma’s ontwikkelt, probeert het ook aan te sluiten bij nationale programma’s, zoals de Nationale Aanpak Product Verbetering (NAPV). Vooral de stapsgewijze aanpak spreekt Els de Groene, Global Director Diet & Health, aan. “Je kunt geen grote stappen in één keer maken. Dan haakt de consument af.”

De NAPV is volgens De Groene een belangrijk initiatief en een goede stimulans voor sector. Ze vindt het belangrijk dat zowel merkeigenaren als (producenten van) de retail deelnemen. Helaas merkt ze dat de doelstellingen nog te beperkt worden gestimuleerd vanuit de overheid. In dit artikel legt de Global Director Diet & Health uit op welke manier Unilever omgaat met productverbetering.

Welke visie hebben jullie op dit gebied?

“Productverbetering is een continu proces waar we binnen Unilever ergens in de jaren negentig mee zijn gestart. Toen ontdekte de wetenschap dat transvetten minder gezond zijn ­­­en we wilden graag op de veranderende inzichten anticiperen. Vervolgens zijn we in 2003 echt gestart met het bouwen van een ‘nutrient profiling model’. Daarbij hebben we criteria opgesteld voor alle relevante productcategorieën op het gebied van suiker, zout, verzadigd vet en calorieën. Daarna hebben we ons hele productportfolio wereldwijd onder de loep genomen en hebben we actie ondernomen. In 2010 hebben we het Unilever Sustainable Living Plan 2010–2020 gelanceerd, waarmee we de wereld gezonder willen maken, zowel voor de mensen als de planeet zelf. Voeding speelt daarbij een heel belangrijke rol.”

Kunnen jullie voorbeelden noemen van verbeteringen die jullie in het kader van het ‘Sustainable Living Plan’ hebben doorgevoerd?

“Tussen 2010 tot 2020 hebben we de portfolio van gezondere keuzes verdubbeld. We hebben bijvoorbeeld wereldwijd meer dan 170 miljard klontjes suiker uit onze Lipton Ice Tea gehaald. Daarnaast hebben we ook het suiker in ijsproducten gereduceerd en hebben we 37 miljoen ton zout uit onze foodproducten gehaald. In 2014 hebben we al onze kinderijsjes onder 110 kcal gebracht. En recent hebben we Knorr bouillonblokjes zonder zout op de markt gebracht. Zo hebben we niet alleen producten verbeterd, maar ook nieuwe producten gelanceerd, die aan hogere nutritionele standaarden voldoen.”

Is er inmiddels een nieuwe programma voor in de plaats gekomen?

“Ja, het nieuwe programma heet ‘The Unilever Compass for Sustainable Growth’. Hierbij hebben we de eerdere ambities aangescherpt en in het businessmodel geïntegreerd. Op het gebied van productverbetering hebben we gefocust op het limiteren of het reduceren van zout, suiker en verzadigd vet. Daar is sinds oktober een nieuw target bijgekomen: In 2028 moet 85% van alle porties die wij verkopen voldoen aan ons ‘nutrient profiling model’, dus een gezondere keuze. Daarnaast willen we de voedingswaarde van producten verbeteren door meer groente, fruit en vezels te gebruiken en door micronutriënten toe te passen en meer plantaardige producten op de markt brengen, en in 2025 willen we de producten die een behoorlijke hoeveelheid van deze nutriënten en ingrediënten bevatten verdubbelen.”

Lees verder onder foto

In 8 jaar tijd (tussen 2012-2020) is het gehele portfolio van Lipton Ice Tea stap-voor-stap suiker gereduceerd, resulterend in een afname van ruim 40%, daarnaast worden meer suikervrije (zero) varianten geïntroduceerd.
In 8 jaar tijd (tussen 2012-2020) is het gehele portfolio van Lipton Ice Tea stap-voor-stap suiker gereduceerd, resulterend in een afname van ruim 40%, daarnaast worden meer suikervrije (zero) varianten geïntroduceerd.

Nationale aanpak productverbetering (NAPV)

Dit is het derde deel van een serie artikelen over de NAPV. In deze serie laten we woordvoerders van voedselverwerkende bedrijven aan het woord over de stappen die zij nemen om hun producten de komende jaren te verbeteren. Het eerste artikel in de serie behandelde het NAPV-initiatief door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Het tweede artikel belichtte de aanpak voor productverbetering door McDonald‘s. In het vierde artikel gaat het over de inspanningen van cateraar Hutten. In het vijfde en laatste deel komt Annet Roodenburg aan het woord, zij is als wetenschapper betrokken geweest bij het samenstellen van de criteria voor de NAPV.

Kleine stapjes

Jullie doen al heel veel aan productverbetering. Welke toevoeging heeft de NAPV voor jullie?

“Er zijn wereldwijd veel verschillende programma’s. Het is onmogelijk om daar allemaal aan mee te werken. Wel proberen we zoveel mogelijk aan te sluiten. Wij nemen ons eigen model als uitgangspunt en kijken hoe we op basis daarvan kunnen bijdragen aan de lokale programma’s. Soms zijn deze criteria een klein beetje losser of strikter dan binnen Unilever. Daar proberen dan op in te spelen. De NAPV sluit goed aan op onze ambities. De wetenschappelijk onderbouwing spreekt ons aan en we vinden het fijn dat de verbeteringen stapsgewijs worden doorgevoerd. Dat is in onze ogen essentieel. Je kunt geen grote stappen in één keer maken. Dat accepteren de consumenten niet. We hebben in het verleden in Nederland in één keer veel zout uit de Cup-a-Soup gehaald. De klachtenlijn ging van circa drie klachten per week naar meer dan duizend. Helaas is ook de Europese wetgeving hier debet aan.”

Kun je dat toelichten?

“In Europa mag je alleen over reductie praten, als je het zout- of suikergehalte met 30% hebt teruggebracht. Dat is een enorme stap. Bij onze Cup-a-Soup hadden we ongeveer 18% gereduceerd, maar dat mochten we dus niet communiceren. Dat maakt het heel lastig. Als je een bestaand product te veel en te snel verandert, dan wordt het niet geaccepteerd. Daarom zijn we teruggegaan naar de oude formulering en hebben we het zoutgehalte stapje voor stapje verlaagd.

Vanwege al onze ervaring hebben we heel gedetailleerde input gegeven kunnen geven toen de NAPV werd gepubliceerd. Zo werden in sommige gevallen over reductiestappen van 30 of 40%, maar dat is echt veel te veel. Bovendien is reductie niet altijd de oplossing. Soms is het in dat geval makkelijker om nieuwe producten te ontwikkelen. Zo hebben we bijvoorbeeld compleet nieuwe kinderijsjes ontwikkeld.”

Met welke punten in de NAPV gaan jullie aan de slag?

“We focussen ons altijd op de categorieën waarin wij de grootste impact kunnen maken. Het heeft bijvoorbeeld weinig zin om het zout in het hoorntje van een Cornetto te verlagen. Wel hebben we het zout in onze bouillons gereduceerd. In deze categorie speelt zoutreductie een veel grotere rol. Daarom zijn we blij dat het gelukt is om zelfs bouillonblokjes zonder zout op de markt te brengen.”

Lees verder onder foto

Bouillonblokjes zonder zout met een focus op smaak, gemaakt van een unieke mix van groenten, kruiden en specerijen zoals rozemarijn, nootmuskaat, lavas en kurkuma.
Bouillonblokjes zonder zout met een focus op smaak, gemaakt van een unieke mix van groenten, kruiden en specerijen zoals rozemarijn, nootmuskaat, lavas en kurkuma.

Knelpunten

Welke knelpunten ervoeren jullie op dat gebied?

“Zout is niet alleen een smaakmaker, maar heeft ook bepaalde functionele eigenschappen. Het zout houdt als het ware het blokje bij elkaar. Daardoor moet je andere ingrediënten toevoegen. Dat was een uitdaging. We investeren veel in nieuwe technologieën. Tien jaar geleden hadden we nog niet zo’n bouillonblokje zonder zout kunnen ontwikkelen.”

Communiceren jullie de productverbeteringen op de verpakking?

“Wij kijken echt per type product wat het meest verstandig is. Soep is bijvoorbeeld een lastige categorie. Als je bijvoorbeeld op de verpakking vermeldt: ‘deze soep heeft minder zout’, dan denkt de consument dat de soep minder lekker is. Daarom proberen we juist te benadrukken dat er extra veel tomaten of meer kruiden inzitten naast minder zout. Dan wordt de zoutreductie wat meer acceptabel. Bij ijsthee speelt dat probleem juist helemaal niet. Als consumenten op die verpakkingen de claim ‘laag in suiker’ of ‘laag in calorieën’ zien staan, dan zijn ze juist geneigd om zo’n pak te kopen. Bij ijs is dat weer anders. Wij limiteren het maximum aan calorieën en suiker in ijs, zowel voor volwassenen (tot 250 kcal) als kinderen (tot 110 kcal), maar communiceren deze informatie meestal niet direct naar consumenten omdat een ijsje een traktatie is. Wel communiceren we altijd de calorieën per portie en de volledige voedingswaarden op de verpakking.”

Lees verder onder foto

Unox soepen bevatten minder zout en meer groente. - Foto: ANP
Unox soepen bevatten minder zout en meer groente. – Foto: ANP

Tips

Hebben jullie tips voor andere bedrijven om hier op een goede manier mee om te gaan?

“Verbeter de producten stapsgewijs en integreer de productverbetering echt in de hele bedrijfsvoering. Stel realistische doelen en probeer deze stap voor stap te bereiken. Vijf jaar is een mooie tijdspanne. Heb je een doel gehaald? Vier dat met elkaar. Daarnaast is het belangrijk om je te realiseren dat productverbetering veel meer is dan alleen R&D. Ook inkoop, marketing, communicatie en verkoop teams spelen een belangrijke rol. Productverbetering en gezondheid zijn echt complexe en multifunctioneel begrippen. Wij pleiten voor een 360 graden-aanpak, inclusief veel voorlichting en kennisdeling.”

Snel delen

Image
Wendy Noordzij

Freelance redacteur

Misset Uitgeverij B.V. Auteursrecht voorbehouden

Algemene voorwaarden Privacy Cookies

Beheer
WP Admin