De productie van mengvoer in de Europese Unie daalt dit jaar met 2,2%. De oorzaken zijn de verspreiding van dierziekten, het coronavirus en de daarbij behorende verandering van de consumentenvraag naar dierlijke producten.
Dat stelt de Europese mengvoerorganisatie Fefac op basis van informatie van haar leden. De mengvoerproductie komt naar verwachting uit op 161,4 miljoen ton. In alle diercategorieën is er een daling.
De productie van mengvoer voor rundvee neemt af met 2,9%. Het is de sector die het meest last heeft van de Covid-19-maatregelen, met name de sluiting van de horeca. Door minder vraag naar duurdere stukken vlees en zuivelproducten, verminderden boeren het gebruik van mengvoer om de melkproductie te verlagen en de groei van dieren te vertragen. Dit werd voor een klein deel gecompenseerd door meer vraag in Oost-Europa, waar door droogte minder voer van het land beschikbaar was.
De varkensvoerproductie neemt af met 1,1%. De verspreiding van de Afrikaanse varkenspest leidde tot een Chinees importverbod op Duits varkensvlees. Spanje kan dit exportgat naar China maar gedeeltelijk opvullen door beperkte productiecapaciteit. Varkenshouders anticiperen op de verminderde vraag (en een groter aanbod op de Europese markt) door minder te produceren. Hierdoor is er ook minder vraag naar varkensvoeders.
Na jaren van een stijging zal de productie van pluimveevoer dit jaar dalen met 2,7%. Ook hier speelt het coronavirus een rol. Pluimveehouders verminderden de productie vanwege de lockdown, wat weer leidde tot minder vraag naar voer. In de zomermaanden was er enig herstel, maar aan het eind van het jaar wordt een verdere daling verwacht, vooral in Roemenië, Ierland en Spanje. Verspreiding van vogelgriep in een aantal landen, zal herstel tegenhouden. De productie van pluimveevoeders verliest mogelijk haar positie als grootste segment in de Europese mengvoerproductie, aldus Fefac. Varkensvoerproductie neemt de positie dan over, voor het eerst sinds meer dan een decennium.