Franse kippensector wil import beteugelen

De Fransen eten meer en meer kip, maar daar profiteren de Franse pluimveehouders niet van. Eén van de twee kippen die in Frankrijk geconsumeerd wordt komt uit het buitenland, tegen één op de vier in 2000. De Europese Unie is ook de grootste importeur van kippenvlees in de wereld geworden. Per maand wordt er meer dan 100.000 ton aangevoerd. Als Franse kip er niet in slaagt de binnenlandse markt terug te veroveren, dan verdwijnt jaarlijks 5% van het oppervlakte aan stallen.

Prijsverschil kippenvlees

Die noodkreet komt van de grote Franse boerenkoepel FNSEA. De bond weet wel waardoor er zo veel kip uit het buitenland komt: het prijsverschil. Hebben Franse pluimveehouders gemiddeld 40.000 dieren, in Brazilië en Oekraïne, de twee grootste concurrenten, tellen de ‘boerderijfabrieken’ vaak één miljoen dieren. Dat leidt ertoe dat kippenvlees af-abattoir in Oekraïne € 2,20 per kilo kost terwijl dat in Frankrijk € 4,90 is voor een standaardkip en zelfs € 12,30 voor kip met het kwaliteitsmerk Label Rouge.

Vernieuwen en uitbreiden

Om die invoer nu eindelijk eens te beteugelen, is de bij FNSEA aangesloten organisatie voor de kippensector Anvol een grote landelijke campagne gestart. “We doen een oproep aan alle spelers in de Franse maatschappij. Het gaat er om de dynamiek te versterken, waardoor wij kunnen evolueren teneinde te voldoen aan alle verwachtingen van de Franse markt met een breed scala aan kip voor elk budget en elke consumptiemethode. Dat betekent vooral dat de pluimveehouderij in staat moet zijn om te vernieuwen en uit te breiden.”

Frans product herkennen is erg simpel, je hoeft alleen maar te kijken naar het blauw-wit-rode logo met Volaille Française

Anvol richt zich dan ook nadrukkelijk tot al die spelers. Consumenten moeten zich beter informeren over de herkomst van de kip die ze eten, of het nu in de winkels of in een restaurant is. “Frans product herkennen is erg simpel, je hoeft alleen maar te kijken naar het blauw-wit-rode logo met ‘Volaille Française’. En als dat logo er niet op staat, moet de consument niet aarzelen om te vragen waar het vandaan komt.”

Oproep aan burgemeesters

Maar die burgers moeten tegelijk ook ophouden met steeds weer bezwaar maken als een kippenhouderij – of ander pluimveebedrijf – zich in de buurt wil vestigen of uit wil breiden. “De beroepsgenoten in de branche moeten overal in ons land nieuwe capaciteit op kunnen zetten. Zonder dat kunnen we niet voldoen aan de eisen van de markt en blijft de invoer onverminderd doorgaan.” In dat kader vraagt Anvol ook de burgemeesters, die in Franse dorpen een vooraanstaande plaats innemen, om ‘een dialoog op gang te brengen tussen de veehouders en de inwoners teneinde gezonde verhoudingen tussen beide te creëren’.

Meer begrip tonen voor de wanhoop

De bond van pluimveehouders richt zich nadrukkelijk ook tot de media en zelfs de ordehandhavers. De media zouden een juist en eerlijk beeld moeten schetsen van de sector en vooral ‘systematisch moeten controleren wat dierenactivisten roepen.’ “De sector eist van journalisten om meer bronnen aan te boren teneinde duidelijke informatie over de realiteit van de beroepsgroep te verspreiden.” En politie en justitie moeten meer begrip tonen voor de wanhoop bij de pluimveehouders, die het slachtoffer zijn van invallen, misdadige acties en pogingen tot intimidatie van bepaalde militanten.

“De vrouwen en mannen die de beste Franse kip aan de consument willen presenteren, moeten met goodwill worden ontvangen als ze klachten indienen. Alle middelen moeten worden aangewend om de fokkers, hun medewerkers, hun families en hun dieren te beschermen tegen de bedreigingen en aanvallen.”