Greenpeace hekelt positie grootste agroconcerns

Greenpeace International analyseerde de winstcijfers van 20 grote agribusinessbedrijven in de handel in granen, meststoffen, vlees of zuivel in de periode 2020-2022. Onder de bedrijven zijn bekende namen als Cargill, Yara, JBS en Lactalis. In genoemde periode werd de markt sterk beïnvloed door Covid-19 en de oorlog in Oekraïne. Deze ontwikkelingen zorgden op verschillende plaatsen in de wereld voor voedselonzekerheid en een sterke stijging van de voedselprijzen.

Uitbuiting crises

De grote agriconcerns hebben de crises volgens Greenpeace uitgebuit. Dit door gigantische winsten te realiseren en die vervolgens uit te keren aan de eigenaren en aandeelhouders. Ook zouden de bedrijven hun grip op het wereldwijde voedselsysteem verder hebben versterkt.

Davi Martins, campagnevoerder bij Greenpeace International: “We zijn getuige van een enorme overdracht van rijkdom aan een paar rijke families die in wezen eigenaar zijn van het wereldwijde voedselsysteem, in een tijd waarin de meerderheid van de wereldbevolking moeite heeft om rond te komen.”

Systeem van voedselsoevereiniteit

Greenpeace pleit voor een verschuiving naar een systeem van voedselsoevereiniteit. Een samenwerkend en sociaal rechtvaardig systeem waarin samenlevingen een bepalende rol krijgen. Overheden zouden de macht van de grote agroconcerns moeten beteugelen. De organisatie geeft als voorbeeld van dat ADM, Cargill, Bunge en Louis Dreyfus samen meer dan 70% van de wereldwijde graanhandel in handen hebben. Gebrek aan transparantie over de werkelijke hoeveelheden graan in opslag na de Russische invasie van Oekraïne was een sleutelfactor voor speculatie op voedselmarkten en wakkerde de prijsstijging sterk aan. Dat moet volgens Greenpeace anders.

Het is volgens de organisatie de taak van regeringen en beleidsmakers om maatregelen te nemen en beleid vast te stellen dat zorgt voor transparantie en strengere regelgeving voor de activiteiten van de sector.