De conservatieve partijen zijn voor behoud van de geborgde zetels in het waterschapsbestuur, de progressieve partijen zijn het eens met D66 en GroenLinks en vinden de vaste plekken niet democratisch en willen er van af. Foto: Koos Groenewold
Bij wetsvoorstellen is vaak al voor aanvang van het debat duidelijk dat de Tweede Kamer er mee in zal stemmen, omdat daar afspraken over zijn gemaakt door de coalitiepartijen en wordt een voorstel verdedigd door staatssecretaris of minister.
Dat is anders bij een initiatiefwet, gemaakt en verdedigd door individuele Kamerleden, zeker als het partijen zijn uit zowel de oppositie als de coalitie. Dan kan het zomaar ineens een spannend debat worden, zoals deze week over het voorstel van Tjeerd de Groot (D66) en Laura Bromet (GroenLinks) om het waterschapsbestuur ‘volledig te democratiseren’. Ze willen af van de geborgde zetels in de waterschappen.
Op het hoofdtoneel
De behandeling van het wetsvoorstel in de plenaire zaal van de Tweede Kamer is het laatste te passeren station voordat er gestemd kan worden over het al dan niet afschaffen van de vaste plekken voor boeren, bedrijven en natuurorganisaties.
Minister Mark Harbers van Infrastructuur en Waterstaat zat wel bij het debat, maar zijn belangrijkste mededeling was dat het kabinet geen standpunt inneemt. De coalitiepartijen zijn over dit onderwerp niet eensgezind. En dus wordt de discussie gevoerd op het hoofdtoneel en besluit het parlement over het lot van de geborgde zetels.
Twee smaken
In het debat zijn praktisch gezien twee smaken, de conservatieve partijen zijn voor behoud van de geborgde zetels, de progressieve partijen zijn het eens met D66 en GroenLinks en vinden de vaste plekken niet democratisch en willen er van af. De discussie was bij vlagen semantisch, de Dikke Van Dale, ‘een heel mooi boek’ volgens CU’er Grinwis, werd erbij gepakt om te bepalen wat democratie nu eigenlijk is. Zijn boeren een minderheid die beschermd moeten worden tegen de macht van de stedelingen, of gaat het vooral om economische belangen? Is de kennis van boeren over het waterschapsgebied onmisbaar, en in hoeverre hebben boeren een stem via politieke waterschapspartijen?
Vol enthousiasme pareerden Bromet en De Groot de tegenargumenten door te benadrukken dat de beslissingen van de waterschappen een brede impact hebben en dat zij vinden dat alle burgers daar evenveel zeggenschap over moeten hebben.
Amendement Grinwis
Na de eerste helft van het debat leek de meerderheid van de Kamer te zijn voor het afschaffen van de geborgde zetels, ook de PVV stemt mee met de partijen aan de linkerkant. Tevredenheid bij Kamer en initiatiefnemers over het inhoudelijke debat en de vermoedelijke uitkomst. Tot Pieter Grinwis zijn amendement tevoorschijn toverde, waarin hij de meeste regels uit het wetsvoorstel liet vervallen en voorstelde ‘om de eis dat ten minste één lid van het dagelijks bestuur houder is van een geborgde zetel te schrappen en een vaste verdeling van geborgde zetels te introduceren’. Een lelijk amendement, vond De Groot.
Bromet deed een poging om alsnog optimistisch het debat af te sluiten
Dus toen aan het eind van het debat Tjeerd de Groot als een van de initiatiefnemers voor de laatste keer het woord nam over het wetsvoorstel, oogde hij toch wat beteuterd. Duidelijk met zwaar gemoed kondigde hij aan dat de initiatiefnemers ‘zeer sterk overwegen om het voorstel in te trekken’, als het amendement wordt aangenomen. Dat zou twee en een half jaar werk teniet doen. Bromet deed een poging om alsnog optimistisch het debat af te sluiten. Ze heeft er vertrouwen in dat een meerderheid voor hun voorstel gaat stemmen. Dat moet volgende week dinsdag blijken.