Inkomensraming WUR: topjaar voor varkenshouderij

Het gemiddeld inkomen in de land- en tuinbouw in 2019 stijgt 12% naar € 57.000 per ondernemer, mede omdat de tuinbouw goed heeft geboerd. Dat blijkt uit de inkomensramingen voor 2019 van Wageningen Economic Research (WUR). Tussen, en ook binnen, de bedrijfstypen zijn grote inkomensverschillen.

_{Lees verder onder de grafiek}

Varkenshouders profiteren van varkenspest China

Varkenshouders profiteren van fors hogere prijzen voor biggen en vleesvarkens vooral door de afgenomen productie in China als gevolg van de Afrikaanse varkenspest. Het gemiddelde inkomen in de varkenshouderij in 2019 wordt geraamd op € 257.000. De prijs voor biggen stijgt met 37% en vleesvarkens brengen naar verwachting 22% meer op.

Ook de hogere aanwas zorgt voor een inkomenstoename doordat de dieren op de eindbalans door de hoge prijzen veel meer waard zijn dan op de beginbalans. Dat deel van het inkomen is nog niet ontvangen op de bankrekening.

Droogte en hogere kosten voor melkveehouders

Het inkomen van melkveehouders daalt door hogere kosten van veevoer, gebouwen en machines. Regionale verschillen zijn er door droogte in het oosten en zuiden van Nederland. Melkveehouders komen gemiddeld uit op een inkomen per ondernemer van € 31.000, dat is € 6.500 minder dan in 2018. Het inkomen in de biologische melkveehouderij daalt naar € 28.000 gemiddeld. In de kosten zijn geen afschrijvingen voor fosfaatrechten verwerkt, was dat wel meegenomen dan was het beeld negatiever geweest.

Halvering inkomens akkerbouw

Het inkomen van akkerbouwers halveert voor het oogstjaar 2019 ten opzichte van het inkomensjaar 2018 naar € 37.000. Oorzaken zijn lagere prijzen voor de meeste gewassen en licht gestegen kosten. Met name zetmeelaardappeltelers hebben ook in 2019 te kampen met droogte, in deze tak daalt het inkomen naar gemiddeld € 13.000. Op de afzetmarkten staan de prijzen van uien (-63%), consumptieaardappelen (-38%) en tarwe (-17%) onder druk. De prijs van suikerbieten (+5%) stijgt door een herstel van de wereldmarktprijs. WUR raamt het prijsniveau voor zetmeelaardappelen op 10 minder dan in 2018.

_{Lees verder onder de tweet}

Lagere eierprijzen

Het gemiddelde inkomen van leghennenbedrijven daalt met ruim 40% naar € 45.000, vooral door de lagere eierprijzen in het eerste kwartaal van 2019.

Vleeskuikenhouders zien hun inkomen halveren tot € 60.000; het laagste niveau sinds 2013. De prijs voor vleeskuikens daalt met 4% en hoewel ook de kosten dalen door goedkoper voer en minder dieren per bedrijf, worden de lagere opbrengsten hierdoor niet gecompenseerd.

CBS-cijfers: reële inkomsten dalen

Tegelijk met de inkomensramingen van WUR presenteert ook CBS cijfers over de inkomens in de land- en tuinbouwsector in 2019. Het statistiekbureau berekent het totale inkomen op basis van toegevoegde waarde en dat geeft een lagere stijging (4%) dan het gemiddelde van WUR (+12%). Het belangrijkste verschil is dat de cijfers van het CBS zijn gebaseerd op het kalenderjaar.

Het CBS wijst er op dat de inkomens weliswaar licht zijn gestegen, maar de inkomens per arbeidsjaar zijn gemiddeld gedaald. Als de inkomensgroei wordt gecorrigeerd voor inflatie en de groei van het arbeidsvolume dan daalt het reële inkomen met ruim 1%. Het totale arbeidsvolume in de landbouw steeg in 2019 met 2%.