Doorgaan naar artikel

Klimaatneutrale landbouw mogelijk door intensivering

Geüpdatet op:
Internationale politiek & beleid
Nieuws

Door duurzaam intensiveren in plaats van kiezen voor meer extensieve landbouwsystemen, heeft landbouw minder grond nodig die dan kan vrijkomen voor bebossing of natuur. Dat is beter voor het milieu en voor de biodiversiteit, volgens emeritus professor van KU Leuven Wannes Keulemans.

Hij zei dat in de Commissie Landbouw van het Vlaamse Parlement. “Als dit gecombineerd wordt met een krimp van de veestapel, dan kunnen we zelfs evolueren naar een klimaatneutrale landbouw”, aldus Keulemans.

Beschikbaarheid van grond om bevolking te voeden

De wereldbevolking gaat fors groeien naar mogelijk 11 miljard mensen in 2100. “Als die mensen hetzelfde consumptiepatroon aanhouden als vandaag, dan zal de gewasproductie omhoog moeten en de veestapel zal moeten verdubbelen. De beschikbaarheid van grond is dus een probleem om die 11 miljard mensen te voeden, tenzij we zaken grondig anders gaan aanpakken”, aldus Keulemans.

Zelfde hoeveelheid graan op de helft van de oppervlakte

Die andere aanpak is in de eerste plaats evolueren naar een efficiëntere landbouw. De professor wijst erop dat we er in West-Europa in geslaagd zijn om dezelfde hoeveelheid graan te produceren op de helft van de oppervlakte in vergelijking met 1960.

“De efficiëntie van de voedselproductie opdrijven, is volgens mij de enige manier om in de toekomst de wereldbevolking te voeden. Als we kiezen om nog meer gronden te ontbossen, dan gaat ook de wereldwijde uitstoot van CO2 omhoog. Per hectare die wordt ontbost, neemt de CO2-uitstoot met 500 ton toe.”

De landbouw heeft volgens de professor dus behoefte aan intensivering en niet aan extensivering, zoals in de Farm-to-Fork-strategie van de Europese Commissie staat.

Kloot tussen mogelijke en werkelijke productie dichten

Keulemans wijst in de eerste plaats op het dichten van de productiekloof in Europa. Die kloof duidt op het verschil tussen wat werkelijk geproduceerd wordt en wat geproduceerd zou kunnen worden gegeven de situatie in een bepaald gebied, zoals de neerslaghoeveelheid en de bodemgesteldheid.

“Voor tarwe, gerst en mais bedraagt die productiekloof 42%: er wordt dus globaal genomen 42% minder granen geproduceerd dan in werkelijkheid zou kunnen op dezelfde oppervlakte”, legt hij uit.

Meer bos aanplanten

Slaagt Europa erin om de productiekloof te dichten, dan blijkt uit berekeningen dat er 32 miljoen hectare kan vrijkomen. “Als je die kan bebossen, dan heb een CO2-captatie van 0,28 gigaton, terwijl de totale broeikasgasuitstoot van landbouw in Europa een grootteorde heeft van 0,45 gigaton. Door meer bos aan te planten kan dus een belangrijk deel van de broeikasgasuitstoot van de landbouw gecompenseerd worden”, aldus Keulemans.

Als je het totaalplaatje bekijkt, zal de bemesting en het gebruik van gewasbescherming toenemen

Hij benadrukt dat het in dit scenario ook belangrijk is dat de bemesting en de gewasbescherming verder geoptimaliseerd worden. “Zeker in Oost- en Zuidoost-Europa is op dat vlak nog heel wat verbetering mogelijk. Dat kan onder meer door teeltrotatie, door het inzetten van natuurlijke vijanden, maar ook door meer biologische (natuurlijke) en synthetische gewasbeschermingsmiddelen in te zetten.”

Tegelijk moet volgens de professor wel bekeken worden hoe de hoeveelheid gewasbescherming en bemesting in West-Europa kan verminderd worden. “Maar als je het totaalplaatje bekijkt voor heel Europa, dan zal de bemesting en het gebruik van gewasbescherming toenemen.”

Keulemans: voordelen biologische landbouw onduidelijk

In dat kader vindt hij ook de andere doelstelling van Europa, 25% biologische landbouw tegen 2030, niet opportuun. “Voor mij is het niet meteen duidelijk of biolandbouw wel beter is voor het milieu. Als je de verschillende parameters uitdrukt per kilo product, dan schiet biolandbouw vaak tekort tegenover conventionele landbouw. Dat gaat zowel op voor broeikasgasemissie, landgebruik, eutrofiëring en verzuring als voor ecosysteemdiensten. Waar wel een wezenlijk verschil kan zitten, zijn voordelen voor de bodem en het bodemgebruik”, stelt Keulemans.

Snel delen

Image
Vilt

Vlaams infocentrum land- en tuinbouw

Misset Uitgeverij B.V. Auteursrecht voorbehouden

Algemene voorwaarden Privacy Cookies

Beheer
WP Admin