Doorgaan naar artikel

Manager Arla: ‘Chinezen boeren zelfs in de woestijn’

De afgelopen jaren is er veel veranderd in de Chinese melkveehouderij.

Geüpdatet op:
Zuivel
Interview
Snorri Sigurdsson is senior projectmanagers bij Arla Foods. Foto: Arla Foods premium

Snorri Sigurdsson is senior projectmanagers bij Arla Foods. Foto: Arla Foods

De afgelopen jaren is er veel veranderd in de Chinese melkveehouderij. Snorri Sigurdsson, senior projectmanager bij Arla Foods, ziet de sector snel vorm krijgen met bedrijven met tienduizenden koeien. Die vestigen zich zelfs in de woestijnen. “Die indrukwekkende transformatie zal doorzetten, de Chinese zuivelindustrie maakt nu enorme sprongen.”

Snorri Sigurdsson is senior projectmanager bij Arla Foods. Hij werkt binnen vele internationale organisaties en is lid van de vaste managementcommissie van de International Dairy Federation (IDF). Tussen 2017 en 2021 was Sigurdsson de leider van CDMTCC, een joint venture tussen de zuivelbedrijven Arla Foods en Mengniu in China. Hij leidt nu een project voor Arla Foods in Nigeria, waar de zuivelcoöperatie samen met de lokale autoriteiten lokale melkproductie opbouwt.

China Mengniu Dairy

Arla Foods, met het hoofdkantoor in Viby, Denemarken, is het in grootte vierde zuivelbedrijf ter wereld qua melkinname. Het is ’s werelds grootste fabrikant van biologische zuivelproducten. De coöperatie is eigendom van ruim 9.400 melkveehouders in West-Europa en Scandinavië. De huidige eigenaren zijn gevestigd in zeven landen: Zweden, Denemarken, het Verenigd Koninkrijk, Duitsland, België, Luxemburg en Nederland.

China Mengniu Dairy Co., Ltd, met hoofdkantoor in Hohhot, Binnen-Mongolië, is de in grootte tweede zuivelonderneming van China en behoort tot de top tien van zuivelondernemingen in de wereld.

Welke grote veranderingen heeft u de afgelopen jaren op de Chinese zuivelmarkt gezien?

“De belangrijkste verandering is zonder twijfel de snelle ontwikkeling van kleine boeren naar grote bedrijven. Een paar jaar terug telde China nog veel kleine boerderijen met vaak één stal, gezamenlijk bezit in een coöperatie. Die bedrijven zijn nu meestal eigendom van één familie die de andere boeren heeft uitgekocht. Destijds telden de bedrijven slechts enkele tientallen tot 200 koeien. Nu bezoeken we nauwelijks nog bedrijven met minder dan 500 koeien en vaak hebben ze er al meer dan 1.000.

De nieuwe ondernemers lijken meer open te staan voor een andere manier van werken met koeien en melkproductie

De bloeiende zuivelmarkt heeft ook nog eens veel ondernemers van buiten de sector naar de melkveehouderij geleid. Sommigen zijn meerdere locaties met tienduizenden koeien gestart. De koeien en werknemers komen deels van de stoppende kleine bedrijven. Die hebben namelijk moeite om te voldoen aan de strenge regels en voorschriften die nu gelden voor de melkproductie in China. Die strenge regels hebben geleid tot een indrukwekkende professionalisering en verbetering van de werkroutines. Het heeft ook geleid tot een sterke verhoging van de gemiddelde productie. Die ligt op ruim 30 kilo per koe per dag, op de beste bedrijven op 40 kilo.

De nieuwe ondernemers lijken meer open te staan voor een andere manier van werken met koeien en melkproductie dan boeren en medewerkers die al generaties lang met koeien werken. Ze twijfelen niet aan het advies dat ze krijgen en het is verrassend te zien dat wanneer zo’n eigenaar besluit dat er dingen moeten veranderen, die verandering van de ene op de andere dag doorgevoerd wordt.”

Staat de Chinese melkveehouderij nu ‘op de kaart’?

“Nee, niet echt. Als het gaat over de wereldzuivelproductie denken mensen nauwelijks aan de Chinese, ook al is die zeer geavanceerd en zeer snel ontwikkeld. Dat komt simpelweg doordat veel mensen daar niet van op de hoogte zijn. Begrijpelijk, aangezien deze ontwikkeling in China zich voornamelijk in de afgelopen tien jaar heeft voorgedaan.”

Wat zijn de belangrijkste problemen in de melkaanvoer en -productie?

“Het grote probleem is de enorm groeiende vraag naar zuivel. De lokale productie kan die vraag moeilijk bijblijven. Doel is om 70% van de in China geconsumeerde zuivel te leveren. Maar om de vraaggroei elk jaar bij te houden, moeten er nieuwe melkveehouderijen worden gebouwd of de oudere worden uitgebreid. Toegang tot land is een beperkende factor, maar door buiten de gebaande paden te denken hebben de Chinezen boerderijen opgericht in gebieden waar je geen melkveebedrijf zou verwachten, zoals in de woestijnen.”

Lees ook: China blijft investeren in uitbreiding veestapel

Heeft Covid-19 impact op de zuivelsector gehad?

“Toen de lockdown in grote delen van China werd ingevoerd, was er eerst wat melkoverschot. Maar dat veranderde al snel in extra vraag doordat mensen die thuis bleven meer conventionele zuivelproducten gebruikten. De foodservicesector had te lijden onder de sluiting van openbare gelegenheden en restaurants. De algehele impact op de lokale zuivelproductie was uiteindelijk niet enorm groot.”

Arla Foods en het Chinese zuivelbedrijf Mengniu werken nauw samen om de lokale zuivelproductie te verbeteren. Wat heeft dat opgeleverd?

“We begonnen onze samenwerking in 2012 met als belangrijkste doel de melkveehouderij in China te verbeteren. Destijds waren de bedrijven klein, de melkkwaliteit was niet altijd even goed, op het gebied van dierenwelzijn kon er nog veel worden verbeterd en de algemene kennis over de melkveehouderij ontbrak. Daarom organiseerden we trainingen, conferenties en workshops, studiereizen naar Europa, deden we honderden adviesbezoeken aan boerderijen en publiceerden we een groot aantal leermiddelen voor lokale boeren. Dit alles heeft een zeer positieve impact gehad en lokale boeren geholpen om hun melkveebedrijf te verbeteren, met name de productiviteit.”

Hoe zal de Chinese zuivelsector zich de komende vijf tot tien jaar ontwikkelen?

“De trend zal doorzetten naar meer grootschalige bedrijven met minimaal 3.000 koeien. Deze bedrijven draaien efficiënt, zijn productief en de verschillende lokale autoriteiten zien hen als belangrijk onderdeel van hun toekomstplannen met de landbouw. Een tweede trend is dat op verschillende plaatsen in China clusters met rond de twintig grote boerderijen in aanbouw zijn met elk 60.000 tot 80.000 koeien. Ik voorzie niet dat de automatisering het volledig overneemt, maar ik verwacht ook op dat vlak wel groei, zeker met de groeiende economie. In andere landen zagen we immers ook dat economische groei ertoe heeft geleid dat mensen van het platteland naar de steden zijn verhuisd. Dat zal de Chinese boeren uiteindelijk dwingen om naar meer geautomatiseerde oplossingen te zoeken.”

Snel delen

Image
Zana van Dijk

Redacteur Dariy Global

Misset Uitgeverij B.V. Auteursrecht voorbehouden

Algemene voorwaarden Privacy Cookies

Beheer
WP Admin