Laden van drijfmest bij een varkensbedrijf. - Foto: Peter Roek
Rabobank vindt dat de afstand tussen bedrijven die een samenwerkingsverband aangaan voor de mestafzet niet te beperkt moet zijn.
De bank vindt het belangrijker dát er contracten worden gesloten dan dat dit regionaal gebeurt. “Het is de uitdaging om kringlopen zo veel als mogelijk te sluiten, maar het is ook de kunst om dit niet op een te kleine geografische afstand te bezien. Wat in Nederland export is, is in Amerika streekgebonden.”
Herziening mestbeleid
Dat zegt de bank in reactie op de herziening van het mestbeleid van landbouwminister Carola Schouten. Door de afstand niet te veel te beperken, behoudt ook de akkerbouw de keuze voor drijfmest of verwerkte mest, aldus Rabobank.
“Voor de haalbaarheid van dit mestbeleid is het van belang dat nutriënten tot waarde worden gebracht, waardoor er geen kostprijsverhoging ontstaat voor niet-grondgebonden bedrijven.’
Mestverwerking verder stimuleren
Rabobank noemt het passend om de mestverwerking verder te stimuleren, zodat initiatieven beter van de grond komen, “Een constante aanvoer van mest is een cruciaal punt in veel businesscases rond mestverwerking”, aldus de bank.
FPG: blij met keuze voor grondgebondenheid
De Federatie Particulier Grondbezit (FPG) is blij dat de minister kiest voor grondgebondenheid. “Grondgebonden bedrijven krijgen eindelijk de waardering dat voor hen het mestbeleid zo eenvoudig mogelijk moet zijn”, aldus FPG.
De organisatie voor grondeigenaren ziet de verplichte grondgebondenheid voor melkveebedrijven als de erkenning dat grondgebondenheid de kortste klap is naar kringlooplandbouw.
FPG had wel liever gezien dat de keuze voor grondgebonden landbouw eerder was gemaakt. Dat had de invoering van het fosfaatrechtenstelsel kunnen voorkomen, aldus FPG.
Lees ook: Sectorpartijen kritisch op nieuw mestbeleid Schouten