Foto: Henk Riswick
Het aantal vleeskalveren dat is opgezet is vorig jaar met 7,3% ofwel 123.000 stuks afgenomen.
Dit blijkt uit het jaarverslag 2020 van de Stichting Kwaliteitsgarantie Vleeskalversector (SKV). In totaal werden vorig jaar bijna 1,7 miljoen vleeskalveren opgezet bij SKV-leden. Daarvan stonden ruim 93.000 in België en Duitsland.
Blankvleeskalveren stabiel
Het aantal blankvleeskalveren bleef met een afname van ruim 37.000 opgezette dieren bijna stabiel. Het aantal rosévleeskalveren daalde met 81.000 stuks, wat ruim 14% minder is dan in 2019. Het aantal koppels rosévleeskalveren daalde zelfs met 22% naar 2.391 stuks. Het aantal staladressen voor rosévleesdieren daalde met 104 stuks naar 752. Het totale aantal staladressen in de vleeskalverhouderij daalde met 153 naar 1.946.
Coronacrisis
De sterke teruggang in de rosévleeskalverhouderij is geen verrassing, omdat de coronacrisis extra hard toesloeg onder de zogenoemde vrije mesters, die niet op contract werken voor een integratie en daarom als eerste de klappen opvingen van de vrijwel stilvallende kalfsvleesafzet.
Het aantal leden van SKV liep vorig jaar terug van 758 naar 672. Ook dit vooral als gevolg van de coronaperikelen. Veel SKV-leden beschikken over meerdere stallen, verspreid over diverse adressen.
Sancties
SKV controleerde vorig jaar ruim 4.400 koppels vleeskalveren, daarbij ging het om bijna 12.300 dieren. Bij die controles werd 91 keer een sanctie opgelegd vanwege te jong opgezette kalveren (jonger dan veertien dagen) en werd 21 maal beboet vanwege een te klein vloeroppervlak per dier. Niet-toegestane stoffen werden amper aangetroffen. Tweemaal moest een kalf worden vernietigd: eenmaal vanwege verboden antibioticumgebruik en eenmaal vanwege gebruik van paracetamol.