Volgens Anita stemmen onze vertegenwoordigers in met een extreme vorm van Dierwaardige veehouderij, maar zorgen niet voor een Boerwaardige veehouderij. Foto: Canva
Met verschillende mensen heb ik de afgelopen weken gesproken over de vraag of het nog zin heeft om tijd en energie te steken in de strijd om de toekomst van de Nederlandse agrarische sector. Trouwe lezers van mijn columns weten dat wij ons hier sinds 2001 vanuit een rechtvaardigheidsgevoel sterk voor hebben gemaakt. Wij geloofden in de kracht van SamenSterk, maar onze mooie agrarische sector laat zich helaas steeds verder versplinteren.
Persoonlijk maak ik me grote zorgen over de gevolgen van het Convenant Dierwaardige Veehouderij. Rupsje Nooitgenoeg, in dit verband de groep milieu- en dierenactivisten, heeft immers nooit genoeg.
Opnieuw talloze maatregelen
In een webinar legt Jeanette van der Ven (LTO) uit hoe de eis om tot dit convenant te komen aan de sector is opgelegd. In 2021 blijkt de Wet Dieren opengebroken om te toetsen of Nederland nog minimaal voldeed aan de Europese welzijnseisen. Iedereen weet dat de Nederlandse regels veel strenger zijn dan de Europese, dus TOEN had hier een stokje voor gestoken moeten worden. Dat is niet gebeurd en na ontelbare uren overleg kwam men tot de conclusie dat de wet nog steeds voldeed. Op dat moment kon de Partij voor de Dieren echter ongestoord een amendement aan de wet toevoegen dat stelt dat dieren niet aangepast mogen worden aan een houderijsysteem. Door de extreem brede opstelling is het amendement aangenomen en nu moet de Nederlandse agrarische sector opnieuw talloze maatregelen doorvoeren die onze kostprijs verder verhogen en onze concurrentiepositie nog verder verzwakken.
Lees ook: Heijdra Vleesvee stopt
We mogen consumeren wat we zelf niet meer mogen produceren.
Ondertussen eet de Nederlandse consument (onbewust) vlees uit landen waar het gebruik van groeihormonen gelegaliseerd is, appels uit landen waar de lijst van toegestane gewasbeschermingsmiddelen veel langer is dan die van ons en eieren uit kippenkooien die hier verboden zijn. Kortgezegd zijn en blijven er producten te koop die goedkoper geproduceerd zijn en afkomstig zijn van dieren die, mede omwille van voldoende voedsel voor een groeiende wereldbevolking, wel zijn aangepast aan het houderijsysteem. We mogen consumeren wat we zelf niet meer mogen produceren. Onze vertegenwoordigers stemmen in met een extreme vorm van Dierwaardige veehouderij, maar zorgen niet voor een Boerwaardige veehouderij. En het inmiddels obese geworden Rupsje Nooitgenoeg ontpopt zich langzaam maar zeker tot een vlinder.
Bekijk hier de Webinar Convenant dierwaardige veehouderij van LTO