Kan gemeente De Ronde Venen de uitbreiding van een bestaande geitenhouderij tegenhouden op grond van het voorzorgsbeginsel? Daarover buigt de Raad van State (RvS) zich in een ‘zeer principiële zaak’ die van belang is voor alle geitenbedrijven.
Op verzoek van geitenhouderij Buts Beheer in Abcoude (U.) gaat de Raad van State onderzoeken of de gemeente bedrijfsuitbreiding kan tegenhouden op grond van het zogeheten voorzorgsbeginsel. “We moeten beoordelen hoeveel ruimte de gemeente heeft om te weigeren”, meldde een van de staatsraden maandag 25 oktober tijdens een zitting over de kwestie. Ze sprak van een heel principiële zaak.
Volgens advocaat Johan van Groningen van de geitenhouderij bestaat hier nog geen jurisprudentie over. De raadsvoorzitter gaf aan dat de uitspraak daarom mogelijk langer op zich laat wachten. De uitspraak zal zeker maatgevend zijn voor andere uitbreidingsplannen van geitenhouderijen.
De gemeente weigert mee te werken aan de uitbreiding van de geitenhouderij van Buts Beheer na een onderzoek van het RIVM waarin het verband tussen longontstekingen en nabijgelegen geitenhouderijen werd aangetoond. In verschillende provincies en gemeenten heeft dat intussen geleid tot een geitenstop. Ze nemen het zekere voor het onzekere in afwachting van nader onderzoek.
Ook de provincie Utrecht waarin Abcoude ligt, kwam met een geitenstop. Utrechtse gemeenten werden via de provinciale verordening gedwongen om geitenhouderijen aan banden te leggen. Toch kon de gemeente De Ronde Venen in deze zaak niet de provinciale verordening toepassen. De provincie heeft namelijk bepaald dat al lopende aanvragen van geitenhouderijen buiten de geitenstop vallen.
Dat geldt volgens advocaat Van Groningen ook voor de geitenhouderij van Buts Beheer. De gemeente kon de uitbreiding alleen tegenhouden door toepassing van het voorzorgsbeginsel. “We willen de geitenhouder niet persoonlijk dwarszitten”, meldde de woordvoerster van de gemeente. “We denken aan het algemeen belang.”
“De weigering betekent het faillissement van mijn bedrijf”, stelde de geitenhouder. Een stal voor de uitbreiding van 1.000 naar 2.100 geiten werd al in 2018 gebouwd. Dat gebeurde nadat de gemeente zelf al een milieubeoordeling had gemaakt van de uitbreiding. En dat was toen geen probleem.
Volgens de gemeentewoordvoerster was het RIVM-onderzoek toen weliswaar al bekend, maar nadere onderzoeken die dat bevestigden en het strikte beleid van de provincie Utrecht waren dat nog niet. En die speelden wel een rol bij de uiteindelijke weigering van een uitbreidingsvergunning.
Van Groningen vindt dat het RIVM-onderzoek sowieso ongeschikt is, omdat er geen goede wetenschappelijke onderbouwing voor is gegeven. “Er is geen rekening gehouden met grote aantallen dieren, de ligging van geitenhouderijen en de huisvesting van de dieren. Als je daarvan uitgaat, kun je veel beter wetenschappelijk onderbouwen.” Bovendien vindt Van Groningen dat het onderzoek weinig gedifferentieerd is en de gemeente heeft het niet toegespitst op de situatie van de geitenhouderij in Abcoude.
De Raad van State oordeelt over enkele maanden.