Streekproducten scoren niet goed op Nutri-Score

Streekproducten zijn geliefd in de regio waar ze vandaan komen maar vaak ook ver daarbuiten. Griekse feta, Italiaanse Parmaham en Roquefort worden over de hele wereld verkocht. Hoewel producenten omschrijvingen als ‘onbewerkt’ en ‘gezond’ toedelen, valt hier over te twisten. In de Nutri-Score krijgen dit soort producten vaak een lage score. Onderzoekers van de Universiteit KU Leuven onderzochten samenstellingen van 6.000 Franse kazen en vleesproducten.

In de Europese plannen zoals Farm-to-Forkstrategie wordt veel aandacht geschonken aan het belang van gezonde voeding. In de strategie moeten streekproducten juist meer onder de aandacht worden gebracht als een gezond alternatief. Toch is het nooit bewezen dat deze producten gezonder zijn dan andere producten uit dezelfde categorie. De onderzoekers onderzochten daarom 79 streekproducten uit tien landen, tegenover een poel van 6.000 reguliere varianten van de producten.

Veel zout en vet

De Nutri-score is een voedselkeuzelogo die consumenten moet helpen om gezondere keuzes te maken in de supermarkt. Meerdere landen zien dit logo als de beoogde manier om dit te bewerkstelligen. Toch is er ook veel kritiek op het logo, omdat het productcategorieën met elkaar vergelijkt en tot voorkort producten met plantaardige oliën en vette vis zwaar strafte. Meerdere streekproducten kregen daarom ook een slechte score, doordat er vaak veel zout en vet in deze producten zit. Makers van de Franse Roquefort wilde de score daarom ook niet op hun verpakkingen. De kaasmakers wilde zelfs dat streekproducten werden uitgezonderd.

Uit de studie blijkt dat er bijna evenveel BGA-producten in dezelfde mate bewerkt zijn als reguliere kazen en vleeswaren

Eén van de veel aangehaalde argumenten om te kiezen voor de streekproducten is het feit dat zij niet ultra-bewerkt zijn en geen extra toevoegingen bevatten. De onderzoekers stellen dat dit niet helemaal juist is. Producten met een ‘Beschermde Oorsprongbenaming (BOB)’ zijn inderdaad minder bewerkt dan reguliere producten. De onderzoekers stellen vast dat dat niet geldt voor producten met het label: ‘Beschermde Geografische Aanduiding (BGA)’. Uit de studie blijkt dat er bijna evenveel BGA-producten in dezelfde mate bewerkt zijn als reguliere kazen en vleeswaren. De onderzoekers veronderstellen dat dit komt doordat er voor de BOB-producten strengere eisen worden gesteld. Deze producten moeten met een speciale samenstelling en manier bereidt worden. Bij BGA-producten moet minstens één van de productie-, verwerking of bereidingsstappen plaatsvinden in het herkomstgebied. Beide soorten producten bevatten wel minder voedingsadditieven zoals kleur- en zoetstoffen.

De onderzoekers van KU Leuven komen tot de conclusie dat niet gesteld kan worden dat streekproducten niet per definitie thuishoren in een gezond dieet.