Te weinig afzet beperkt bouwplan biologische teler

De afzet van biologische groente groeit minder dan verwacht en gehoopt. Dat zegt bioteler Theo Nieuwenhuis in Didam (Gld.) in gesprek met de Nationale Proeftuin Precisie Landbouw (NPPL). Hij maakt dit jaar de overstap van de melkveehouderij naar een bedrijf met biologische vollegrondsgroenten in strokenteelt.

Onzekere afzetmogelijkheden

Als gevolg van onzekere afzetmogelijkheden is Nieuwenhuis’ bouwplan voor 2021 nog onzeker. Hij sprak afgelopen jaar met ondernemers die eerder begonnen met strokenteelt. “Maak harde afspraken met afnemers voordat je gaat investeren”, luidde hun advies.

Nieuwenhuis snapt inmiddels goed waarom zijn collega’s dat zeiden. “Enkele afnemers waarmee ik voorlopige afspraken had, trekken zich terug. Bestaande telers krijgen voorrang. Dat is begrijpelijk, maar voor mij wel een tegenvaller. Toch zet ik door, waarschijnlijk met minder gewassen dan ik begin dit jaar van plan was.”

Op het voorlopig groentelijstje staan witte en rode kool, voederbiet, suikermais, zonnebloem en sperziebonen.

EU: kwart Europese landbouwgrond biologisch

Vorige week maakte de Europese Commissie bekend de biologische landbouw te gaan stimuleren om in 2030 een kwart van de Europese landbouwgrond biologisch te hebben. Onder meer gaat het daarbij om meer reclame voor biologisch eten en meer geld voor boeren die willen omschakelen naar de biologische teeltwijze. Dit jaar wordt onder meer € 48 miljoen uitgetrokken voor de promotie van biologisch voedsel.

De Europese Commissie oppert ook dat landen de btw op biologische producten verlagen om het prijsverschil met gangbaar te verkleinen.

Momenteel wordt in de EU 8,5% van de grond biologisch beteeld, in Nederland gaat het om 3,5%.

Geen toekomst voor kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen

Nieuwenhuis is naast agrarisch ondernemer bodemadviseur. Voor de langere termijn is hij hoopvol over de afzetmogelijkheden. “Ik zie geen toekomst in voedselproductie met behulp van kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen. Het maatschappelijk draagvlak voor intensieve voedselproductie is aan het verdwijnen.”
Afhankelijk van hoe de vraag zich ontwikkelt, wil Nieuwenhuis steeds meer gewassen verbouwen en deze het liefst in de eigen regio afzetten.