Tegenvaller voor keurmerk Beter Leven

De introductie van het Beter Leven-keurmerk in de pluimveehouderij geldt als een succes. Binnen afzienbare tijd is al het verse kippenvlees in Nederlandse supermarkten voorzien van minimaal 1 ster van dit keurmerk. Dé drijfveer achter het keurmerk is dierenwelzijn.

Uitstoot ammoniak bij Beter Leven-stal

Maar wat blijkt nu, tenminste volgens LTO, die dat weer baseert op een nog niet gepubliceerd onderzoek van Wageningen UR: de ammoniakuitstoot van de Beter Leven-stal is hoger dan die van de traditionele systemen. Daarmee dreigt een onvoorzien probleem voor de betrokken pluimveehouders: straks gaan ze over hun vergunde ammoniakemissie heen. En dat terwijl ze niet méér maar minder kippen houden dan voorheen.

Dat is een grote domper en het voelt als zeer onrechtvaardig. Aan alle kanten zijn deze ondernemers gepusht om de stap naar deze, naar het heet meer duurzame vorm van dierhouderij over te stappen. En nu dreigen er problemen met vergunningen bij ondernemers met keurmerk Beter Leven.

Aantal dieren in stal Beter Leven

Je zou kunnen zeggen: het aantal dieren per stal moet dus nog verder omlaag, om die ammoniakemissie te temperen. Maar niet alleen is het nog de vraag hoe ver je dan moet minderen. Belangrijker is dat het verdienmodel dan niet meer klopt.

Zoals vaker blijkt hier dat dierenwelzijn en milieu twee kanten zijn van duurzaamheid die soms moeilijk te verenigen zijn. Het maakt de verduurzaming van de voedselproductie nog lastiger dan die al was. Dat geldt niet alleen voor de technische maar ook voor de bestuurlijke kant ervan. Naast het debacle van de PAS-melders zit niemand te wachten op nog een groep ondernemers die buiten hun schuld om in juridisch niemandsland terechtkomen.