Doorgaan naar artikel

The Barn Bio Market verkoopt vooral producten uit regio

The Barn Bio Market in België koopt in bij biologische bedrijven in de regio.

Julien de Brouwer (l) en Quentin Labrique (r) openden in mei 2017 hun eerste biologische winkel in Brussel. The Barn Bio Market is volgens hen een biologische winkel met betaalbare prijzen. Foto's: The Barn Bio Market premium

Julien de Brouwer (l) en Quentin Labrique (r) openden in mei 2017 hun eerste biologische winkel in Brussel. The Barn Bio Market is volgens hen een biologische winkel met betaalbare prijzen. Foto's: The Barn Bio Market

The Barn Bio Market in België koopt in bij biologische bedrijven in de regio. In de winter komen ook producten uit Italië. “Al onze aardappelen, groente en fruit komen uit Europa, behalve bananen. Als er geen avocado’s zijn dan verkopen we die niet.”

Het verhaal van The Barn Bio Market begon in 2016 toen Julien de Brouwer en Quentin Labrique besloten hun banen bij sportwinkelgigant Decathlon op te zeggen en te starten met wat ze zelf noemen ‘een menselijk en duurzaam project: een biologische winkel met betaalbare prijzen’.

Half mei 2017 opende de eerste vestiging van The Barn Bio Market in Brussel, inmiddels is het project uitgegroeid tot vijf winkels. Nu, vijf jaar later, is De Brouwer nog even enthousiast. “Het loopt goed met de winkels, biologisch is in trek. Elke vestiging werkt nauw samen met een kleinschalige tuinder uit de omgeving. Die zijn over het algemeen in staat een dertigtal verschillende producten te leveren, van kruiden tot tomaten en van paprika’s tot courgettes. 100% biologisch, dat staat bij ons voorop.”

Elke vestiging werkt nauw samen met een kleinschalige tuinder uit de omgeving

In de zomer kunnen die tuinders voldoende leveren aan The Barn Bio Market, in de wintermaanden halen ze producten uit Italië. De Brouwer: “Ook daar hebben we een nauwe band met onze leveranciers. In september gaan we weer bij hen langs om alles te bespreken en te bekijken. We gaan dan ook naar Spanje om met potentiële nieuwe leveranciers kennis te maken. Voor een aantal andere producten werken we met 2Bio, een puur-Belgische leverancier die voor grotere hoeveelheden kan zorgen.

Aardappelen, uien, prei, dat soort gewassen kun je niet op een concurrerende manier telen op een perceeltje van één of twee hectare, waar onze tuinders over beschikken. 2Bio werkt met percelen van 15, 20 hectare, daar gaat dat wel. Al onze aardappelen, groente en fruit komen, met uitzondering van bananen, uit Europa. Zijn er zeg maar geen avocado’s dan verkopen we die dus niet.”

Zuivel en vlees

De markten van The Barn bieden ook zuivel en vlees en vleesproducten. “Voor zuivel werken we met een biologische en duurzaam werkende melkveehouder in De Ardennen. Voor vlees hebben we een andere specialist die alles zelf doet, op het slachten na, want dat is verboden. Ook weer puur Belgisch, dat blijf ik benadrukken. Je kunt bij ons van chipolata’s tot gehakt kopen, maar in een klein assortiment. Een derde categorie zijn noten, koffie en dergelijke, ook weer steeds uit duurzame en gecontroleerde bronnen. We gaan zelf naar Peru om te kijken waar de koffie vandaan komt. Overigens zijn dit wel producten waar de herkomst soms minder duidelijk is. Dat geldt vooral voor rijst. We hebben al overwogen rijst in te kopen uit de Camargue in Frankrijk maar dat is vier, vijf keer duurder.”

De kracht van The Barn

Volgens De Brouwer is de kracht van The Barn dat ze in grote volumes inkopen die ze op een zo efficiënt mogelijke wijze verkopen. “80 tot 90% komt ook uit België zelf. We verkopen alles bij elkaar zo’n 500 producten. Bij ons vind je van elke soort ook maar één product. Niet een hele rij verschillende boters, maar één. De vestigingen zelf zijn markthallen met rijen dozen op pallets. Gezellig maar sober ingericht. Wij kunnen de tuinder of boer een bepaald afnamevolume garanderen en tegelijk met zo klein mogelijke marges werken om de prijzen voor de klanten zo laag mogelijk te houden. Wij zijn gemiddeld 10 tot 15% goedkoper dan onze collega’s en biologisch is in onze winkels ook echt niet veel duurder dan gangbaar.”

We gaan bij de klanten niet doordrammen hoe groen en duurzaam we wel niet zijn

Transparantie staat voorop, zegt De Brouwer. “We willen alles weten van de teler of boer, de manier waarop het wordt geproduceerd en het product zelf. Van alles wat we verkopen kennen we het hele verhaal. Dat gaan we overigens niet breed uitmeten in onze winkels. Wij weten het, dat is voor ons voldoende. Klanten die het wel willen weten, kunnen alle verhalen vinden op de website. Ook ligt er in elke winkel in een hoek een boek met verhalen van en over onze leveranciers. Maar we doen niet aan greenwashing of groene pr, we gaan bij de klanten niet doordrammen hoe groen en duurzaam we wel niet zijn.”

Om de banden verder aan te trekken, gaan medewerkers uit de winkels in de zomer ook helpen bij de tuinders waarmee ze samenwerken. “Daarmee helpen ze de tuinder met de oogst, terwijl onze mensen tegelijk van heel nabij meemaken hoe de producten die ze zelf verkopen worden geteeld. Wij regelen het en betalen er ook voor. Ze krijgen op die manier een uitstekende kennis over het product en de herkomst en kunnen de klanten nog beter informeren en adviseren.”

Zelf telen

Julien en Quentin hebben eind 2021 ook de stap gezet om zelf te gaan telen. Dat doen ze onder de naam de Potagers op een perceel van 1,2 hectare op enkele kilometers van Brussel in de gemeente Chaumont-Gistoux. Dat heeft inmiddels de eerste oogsten opgeleverd die worden verkocht in de winkel in Etterbeek. Maar De Brouwer benadrukt ten zeerste dat het niet de bedoeling is om zelf het aanbod te verzorgen en dus de tuinders te verdringen. Integendeel, blijkt uit zijn toelichting.

Sinds 2022 teelt de Belgische bio-supermarkt zelf gewassen op een perceel in Chaumont-Gistoux in Waals-Brabant.
Sinds 2022 teelt de Belgische bio-supermarkt zelf gewassen op een perceel in Chaumont-Gistoux in Waals-Brabant.

“Het gaat om twee invalshoeken. In de eerste plaats willen we zelf ervaren hoe moeilijk het eigenlijk is om bepaalde gewassen te telen. Wat komt daar allemaal bij kijken, hoe zwaar kan het zijn, wat is er verder nodig om een product in de winkel te krijgen? Door dat zelf te ervaren kunnen we de situatie bij onze leveranciers veel beter aanvoelen. In de tweede plaats beschouwen we het als laboratorium. Hoe zouden we een bepaalde werkwijze of een gewas verder kunnen verbeteren? Hoe werk je aan het juiste bodembehoud? Met die kennis kunnen we onze tuinders ondersteunen en inspireren om zelf hun bedrijf te verbeteren.”

Uiteindelijk zou alle land- en tuinbouw in België biologisch moeten zijn

The Barn beschikt inmiddels over vier vestigingen in Brussel en één in Antwerpen. “In Brussel loopt het uitstekend. Dat is door de vestiging van de Europese instellingen een internationale stad. Veel inwoners komen uit Scandinavische landen of uit Italië. Die hechten veel waarde aan biologische voeding van hoge kwaliteit. In Antwerpen loopt het minder goed, daar zijn de volumes lager. In Vlaanderen is biologisch nog niet zo aangeslagen als in het Brusselse. Met ons project hopen we dat wel te verbeteren. Uiteindelijk zou alle land- en tuinbouw in België biologisch moeten zijn.”

Plannen voor uitbreiding naar andere landen heeft het duo nog niet. “Een dergelijk concept vind je niet in Nederland, wij weten in ieder geval niet waar. Maar we concentreren ons voorlopig op België zelf, daar is nog genoeg te doen. Maar wie weet, in de toekomst.”

Snel delen

Image
Ruud Peijs

Freelance redacteur

Misset Uitgeverij B.V. Auteursrecht voorbehouden

Algemene voorwaarden Privacy Cookies

Beheer
WP Admin