De Tiense Suikerraffinaderij gaat voor suikerbieten van oogst 2020 tenminste € 25 per ton betalen.
Dat zegt directeur Guy Paternoster op de Belgische website De Tijd. Het suikerbedrijf wil de boeren ook meer inspraak geven in moederbedrijf Südzucker. Na de liberalisering van de suikermarkt in 2017 stortten de suikerprijzen in en daarmee ook de bedragen die de telers voor hun bieten kregen. Tiense Suiker kwam daardoor onder vuur te liggen. Een bron van ergernis is ook het gebrek aan inspraak van de Belgen in Südzucker.
Uit onvrede over de lage bietenprijs en gebrek aan inspraak richtten in 2018 zo’n 1.500 telers met anderhalf miljoen ton bieten een coöperatie op om een suikerfabriek op te zetten. De coöperatie wil begin 2021 in Seneffe in Wallonië van start gaan met de bouw van een nieuwe fabriek. In 2023 hopen ze dat de productie kan worden opgestart.
Er is angst dat als deze boeren slagen in hun opzet meer en meer telers van de Tiense Suikerraffinaderij overstappen. Dat zou wel eens het einde kunnen betekenen voor de fabriek in Vlaams-Brabant.
Daarom kiest Tiense Suiker nu voor een tegenoffensief en wil het een minimumprijs betalen voor de bieten die binnenkort gezaaid worden. “De best georganiseerde boeren hebben een kostprijs van € 18 per ton”, zegt directeur Paternoster. Met deze minimumprijs wil de raffinaderij de boeren meer zekerheid geven.
Paternoster ziet als gevolg van de sluiting van een tiental fabrieken in Europa de internationale suikerprijzen al stijgen. België telt ongeveer 7.000 bietentelers.