Veemarkt Bunnik stopt met de marktactiviteiten rond slachtkoeien. De handel in slachtvee op de veemarkt in Utrecht vindt vanaf 6 maart plaats op het terrein van veetransportbedrijf Van Dommelen in Woerden.
Marco Kassing zei eind februari geen heil meer te zien in het openhouden van de markt in Bunnik op maandagmorgen. Dit in verband met, volgens eigen zeggen, onrealistische eisen die NVWA neerlegt bij controles op de verzamelplaats/veemarkt.
Er is te weinig jonge aanwas van handelaren die op een markt willen staan met runderen
Kassing: “Na weken van controles en op een totale oppervlakte van 2.000 vierkante meter vinden controleurs een enkel strosprietje en beboeten me hiervoor, dat is gewoonweg absurd. Dat maakt het onwerkbaar voor de hele sector. Vandaag ben ik aan de beurt, en morgen een collega-transporteur.”
Ook ziet hij de functie van de koeienmarkt voor de Nederlandse sector teruglopen. “Op de markt neemt de vergrijzing toe. Er is te weinig jonge aanwas van handelaren die op een markt willen staan met runderen”, aldus Kassing. “Op het totale aantal van 5.000 slachtingen per week, komen we samen met veemarkt Leeuwarden nog niet aan 10% van de aanvoer”, besluit Kassing.
Lees ook: Matige aanvoer slachtkoeien op nieuwe marktlocatie Woerden
Het veetransportbedrijf Van Dommelen in Woerden beschikt over quarantainestallen en een melkstation. Ook is het Europees gecertificeerd als rusthalteplaats. Op de eerste handelsdag op 6 maart bleef het aanbod nog wat achter met 46 slachtkoeien, maar alle inkopers waren aanwezig. Enkele verkopende handelaren waren nog niet met vee gekomen, maar wilden eerst poolshoogte nemen.
Met deze eerste handelsdag in Woerden wordt een lang hoofdstuk van veemarkten in Utrecht afgesloten. Sinds de 16e eeuw werden koeien in de binnenstad van Utrecht vermarkt. In 1928 volgde een verhuizing naar een plek net buiten de binnenstad, en in 1970 volgde de volgende stap naar de Utrechtse veemarkthallen aan de buitenkant van de stad. Daar bleef de handel 38 jaar, tot in 2008 de overstap werd gemaakt naar Kassing de Raaphof in Bunnik.
De markt voor wolvee blijft wel in Bunnik. De Raaphof, de locatie waar de veemarkt wordt gehouden, is centraal gelegen. En het aantal stuks wolvee ligt wekelijks ruim boven de 2.500 dieren. De Raaphof is sinds 1976 een locatie voor veemarkten, fokveeveilingen en het verzamelen van varkens. De familie Kassing is sinds de jaren 20 van de vorige eeuw verbonden aan veehandel en transport.
Meer prijsinformatie over slachtkoeien en ander rundvee vind je op FoodAgribusiness.nl/markt