Sjaak van der Tak (rechts), voorzitter LTO Nederland, voorafgaand aan de voortzetting van het overleg over het Landbouwakkoord aan de zogeheten hoofdtafel. Foto: ANP
De landbouwsector is te verdeeld om tot één alomvattend akkoord met overheid en ketenpartners te komen.
‘In geouwehoer kun je niet wonen’. Die historische woorden van een halve eeuw geleden van toenmalig PvdA-politicus Jan Schaefer lijken op het credo waarmee LTO-voorman Sjaak van der Tak het Landbouwakkoord opblies: “Mooie intenties zijn geen basis voor een verdienmodel.” Het therapeutische proces van de onderhandelingen (bewoording van NAJK-voorzitter Roy Meijer) heeft de patiënt niet genezen. Het poldermodel heeft gefaald, er ligt geen akkoord.
Een gegarandeerd verdienmodel bieden
Verrassend is dat niet. Er lag gewoon te veel op tafel. De materie is te ongrijpbaar en te complex om via één totaalakkoord op te lossen. Neem het veelbesproken ’verdienmodel’. Jazeker, de overheid kan randvoorwaarden scheppen en een vangnet bieden, maar een gegarandeerd verdienmodel bieden, is principieel ondoenlijk in een liberale samenleving zoals die van ons. In een onderhandeling kun je daar dus niet zo veel mee.
Iets soortgelijks geldt voor andere deelonderwerpen. Neem innovaties, die moet je stimuleren en koesteren, maar je kunt er geen voorschot op nemen. Dat heeft de stikstofcrisis wel duidelijk gemaakt. En een gegarandeerd landbouwareaal? Daar kan een kabinet zich ook niet aan branden. Tegelijk is het begrijpelijk dat een landbouworganisatie moeite heeft met een veebezettingsnorm die het bedrijfsmodel van een groot deel van de achterban ondermijnt.
Mee besturen is te hoog gegrepen voor de verdeelde landbouwsector
Los van deze inhoudelijke en principiële punten is nog iets heel duidelijk. De landbouwsector is te verdeeld om tot één alomvattend akkoord met overheid en ketenpartners te komen. LTO is banger voor FDF en voor een deel van de eigen achterban dan voor het kabinet.
Mee besturen is te hoog gegrepen voor de verdeelde landbouwsector. Misschien is het maar beter zo. Dan maar geen stip op de horizon, per deelonderwerp aan de slag en ieder zijn eigen rol.