Foto: Canva/Igor Alecsander
De landbouwcrisis die het gevolg is van het conflict tussen Oekraïne en Rusland – denk aan tekorten aan kunstmest, tarwe en voedingsolie – vraagt dringend om inzet van wetenschappelijk onderbouwde oplossingen, zegt Rebbie Harawa.
In Afrikaanse landen ten zuiden van de Sahara heeft steeds de nadruk gelegen op verhoging van de productiviteit door gebruik van anorganische meststoffen – kunstmest. Regeringen hebben daar de afgelopen tien jaar kunstmestsubsidies verstrekt aan kleine boeren.
Hoge kunstmestprijzen
Het kunstmestwondermiddel staat nu zwaar onder druk, kunstmest is slecht beschikbaar en de prijzen zijn torenhoog. Wereldwijd stegen de kunstmestprijzen tegen het einde van 2021 sterk, vooral door logistieke beperkingen als gevolg van de Covid-pandemie. Het conflict tussen Rusland en Oekraïne heeft de mestcrisis verergerd. Rusland is ’s werelds grootste exporteur van kunstmest, de oorlog met Oekraïne heeft de scheepvaart verstoord en de prijzen voor aardgas opgedreven. In maart 2022 waren de kunstmestprijzen in Kenia bijna verdrievoudigd, zodat de overheid snel moest ingrijpen met subsidie om de boeren te compenseren.
Doordat de nutriënten in de bodem niet aangevuld worden, ontstaat een vicieuze cirkel
Om bodemdegradatie tegen te gaan is geïntegreerd bodembeheer nodig, waarbij meststoffen toegediend worden via organische bemesting zoals stalmest, graan-peulvruchtrotaties/tussenteelten, compostering en groene mest. Landdegradatie is met name urgent in sub-Sahara Afrikaanse regio’s waar langdurig overmatig gebruik van de bodem en lage, onvoorspelbare regenval de belangrijkste oorzaken zijn van een slechte voedselproductie. De boeren zijn zo arm dat ze alles uit de grond halen en niet willen investeren in kunstmest, omdat het groeiseizoen erg riskant is. Doordat de nutriënten in de bodem niet aangevuld worden, ontstaat een vicieuze cirkel. Tenzij voedingsstoffen worden vervangen, raken de bodems uitgeput en nemen de opbrengsten en de kwaliteit van de gewassen af, wat leidt tot wijdverbreide honger en ondervoeding.
Microdosering
Dit is opnieuw een wake-upcall voor landen ten zuiden van de Sahara om lokaal aanpasbare technologieën voor bodembeheer toe te passen die duurzaam zijn en binnen het bereik van kleine boeren liggen. Die zijn er, onder meer door het werk van internationale onderzoeksorganisaties zoals Icrisat in de afgelopen vijftig jaar.
Een voorbeeld: Wetenschappers van Icrisat hebben meegewerkt aan ontwikkeling van een precisielandbouwtechniek die ‘microdosering’ wordt genoemd, waarbij kleine, betaalbare hoeveelheden kunstmest worden toegevoegd aan het zaad tijdens het planten of 3 tot 4 weken na opkomst. Boeren die microdosering gebruiken, brengen doses van 6 gram mest aan – ongeveer een volle flesdop of een knijp met drie vingers in het gat waar het zaad wordt geplaatst (op het moment van planten). Dat komt neer op zo’n 30 kilo per hectare. De agronomische en gebruiksefficiëntie van kunstmest wordt verhoogd wanneer boeren deze aanpak volgen.
Een goed getimed korreltje kunstmest kan resulteren in een stijging van de gewasopbrengst tot 120%
In West-Afrika is microdosering van meststoffen in combinatie met stalmest een techniek bij uitstek geworden om het effect van een kleine hoeveelheid anorganische meststof op het gewas te maximaliseren. Landbouwkundig kan een goed getimed korreltje kunstmest resulteren in een stijging van de gewasopbrengst variërend van 43 tot 120%.
Een ander voorbeeld van gerichte toepassing van wetenschap is de verbetering van lokale voedselgewassen. Onder meer voor sorghum en aardnoten zijn verbeterde varianten ontwikkeld.
Meer prijsinformatie over kunstmest vind je op FoodAgribusiness.nl/markt