Irene van der Aart zet met Uitgemolken kanttekeningen bij het voedselsysteem.
In 2003 kreeg de Amsterdamse cabaretière Irene van der Aart verkering met een boer uit de Achterhoek. Haar relatie met boer Boer, de boerderij en de plattelandscultuur blijken een bron van inspiratie. Na De boer op (2012) ligt er nu haar tweede boek. Uitgemolken luidt de titel. Inderdaad, Boer nam afscheid van zijn koeien.
Er moest eigenlijk wel een tweede boek komen. Haar eerste heette De boer op, met als ondertitel Een plattelandsidylle. Irene van der Aart, een echte Randstedelinge, raakte verliefd op haar boer – in het boek heet hij consequent Boer – en verhuisde in 2003 deels naar de Achterhoek.
Haar verbazing over het boerenleven beschrijft ze in dat eerste boek. Met veel humor trouwens. Nu ligt er een tweede, Uitgemolken, met als ondertitel Een nieuwe plattelandsidylle. De titel verklapt het al, Boer is gestopt met melken. Hij is letterlijk uitgemolken. Maar eigenlijk ook in de tweede betekenis van dat woord. Boeren als Boer werken keihard, maar houden er weinig of niets aan over, zegt Van der Aart.
“Ze mogen blij zijn als ze de kosten vergoed krijgen. Het voedselsysteem klopt gewoon niet. Mijn vrienden en vriendinnen in de Randstad kennen dat verhaal niet. Misschien heb ik mijn tweede boek wel geschreven om dat onrechtvaardige verhaal te vertellen. Maar laat ik het niet zwaarder maken dan het is. Ik houd niet van moralistische vingertjes, zeker niet van mijzelf. Ik vind het gewoon leuk om te schrijven en hier in de Achterhoek, met en zonder Boer, is daarvoor genoeg munitie te vinden.”
Van der Aart is cabaretière en actrice. Ze schrijft columns voor De Gelderlander en treedt in wisselend gezelschap op in verzorgingshuizen, op scholen en congressen. Ook veel op bijeenkomsten van boerinnen, mede naar aanleiding van haar eerste boek. Sinds maart ligt vrijwel alles stil. Door corona is haar agenda compleet leeg geveegd. “Toen vroeg mijn uitgever na te denken over een tweede boek. Wat dat betreft was de lockdown voor mij een cadeautje. Opeens had ik tijd om te schrijven. Heerlijk!”
Mijn partner is een atypische boer
Haar nieuwe boek gaat voor een deel over de beëindiging van het bedrijf van Boer. Ze doet er niet dramatisch over. “Mijn partner is een atypische boer. Hij heeft hobby’s, valt echt niet in een zwart gat, hij bekijkt het vooral economisch. Met op het eind 30 koeien kun je het niet volhouden. Hij realiseerde zich dat al langer. In dit kleinschalige landschap zit schaalvergroting er niet in. Bovendien staat hier geen opvolger klaar. Maar ik weet dondersgoed dat dat op andere bedrijven anders loopt. Veel boeren zijn helemaal verknocht aan de boerderij die hun ouders en grootouders hebben opgebouwd. Ze kunnen zich niet voorstellen iets anders te doen. Hebben ze nooit over nagedacht, denken dat ze niks anders kunnen. Boer heeft dat allemaal niet. Toch gaat het hem niet in zijn kouwe kleren zitten. Ook dit was een familiebedrijf dat van generatie op generatie is doorgegeven. Dat houdt nu op en dat doet ook pijn.”
De financiële situatie is behoorlijk veranderd. Een stuk grond verkocht, een paar percelen verpacht, de fosfaatquota verleasd. Boer heeft opeens geld en belegt op de beurs. Dat deed hij trouwens eerder ook al. Toch wel vreemd, zegt Van der Aart. “Het is echt waar, boeren leven arm en sterven rijk. Dat klopt toch niet? Ik heb daar geen oplossing voor, maar ik weet wel dat het systeem niet deugt en dat de voedselprijzen omhoog moeten. Vriendinnen uit Amsterdam die mijn tweede boek lezen, hoor ik zeggen: ‘dat wist ik allemaal niet’. Nou dat is dan mooi meegenomen, nu weten ze het wel. Of ze er vervolgens iets mee doen, is een tweede.”
Bevriende boerinnen omschrijven haar als ambassadeur van de landbouw. Vindt ze wel een leuke titel. “Helaas word ik daar niet dik voor betaald”, zegt ze lachend.
Maar ze praat de actievoerende boeren niet klakkeloos na. Het gesleep met dieren over de wereld stoort haar. De natuur lijdt onder een overdosis stikstof, zegt ze. “Daar draagt de veehouderij ook aan bij. Ik denk dat we er niet onderuit komen dat de veestapel krimpt in dit volle land. “Maar dan wel op een manier dat boeren hun bedrijf overeind kunnen houden. Het zijn geen criminelen die de wet aan hun laars lappen.”
Van der Aart zegt dat haar boek geen boodschap bevat. Hou op zeg! “Ik wil wel mensen een spiegel voorhouden. Zowel boeren als mensen in de stad. Als we met z’n allen willen dat er landbouw blijft in dit land, dan is iedereen daar verantwoordelijk voor. Ook de politicus die roept dat de veestapel gehalveerd moet worden.”
Net verschenen bij Atlascontact: Uitgemolken door Irene van der Aart