Fonterra blij met Brits-Nieuw-Zeelandse handelsdeal

Vooral aan Nieuw-Zeelandse kant wordt dat met gejuich ontvangen. “Dit is een fantastisch resultaat voor ons land”, zegt directeur Mike Hurrell van zuivelgigant Fonterra.

Beide landen gaan invoerheffingen en quota op voedingswaren en industriële producten afschaffen. Voor zuivel zullen de tarieven binnen vijf jaar verdwijnen, wel blijven er nog ‘overgangsquota’ van kracht.

Voor veel andere producten wordt de uitfasering, net als bij eerdere Britse handelsdeals zoals met Australië en Japan, uitgesmeerd over een periode van 15 jaar. Daarnaast wordt het voor inwoners van beide landen makkelijker in het partnerland te wonen en te werken.

Voorsprong Britse exporteurs

De Britten voerden vorig jaar voor € 2,7 miljard uit naar Nieuw-Zeeland, waarvan rond de € 780 miljoen aan voeding en dranken. “Dit geeft Britse exporteurs een voorsprong op internationale rivalen in de Nieuw-Zeelandse invoermarkt, een markt die naar verwachting tot 2030 groeit met 30%,” aldus het ministerie voor internationale handel in Londen. Aan de andere kant ‘worden Nieuw-Zeelandse producten waar Britse consumenten gek op zijn, zoals wijn, honing en kiwi’s, goedkoper’.

Basis voor meer samenwerking

“Deze overeenkomst is een win-winsituatie voor twee gelijkgezinde democratieën, die geloven in een vrije en eerlijke handel”, zegt de Britse minister van internationale handel Anne-Marie Trevelyan. “Het biedt voordelen aan gezinnen, werknemers en bedrijven in het hele land. Het legt een basis voor meer samenwerking tussen onze landen.”

Dominic Goudie, hoofd internationale zaken bij de Food and Drink Federation, stelt: “Voedings- en drankenfabrikanten verwelkomen deze deal met Nieuw-Zeeland, omdat dit een belangrijke partner is voor onze sector. Dit biedt significante groeimogelijkheden, nu Britse productie concurrerender wordt op de Nieuw-Zeelandse markt.”

Toegang voor exporteurs

De Nieuw-Zeelandse minister voor handel Damien O’Connor zegt op zijn beurt: “Het was cruciaal dat deze overeenkomst allesomvattende en commercieel interessante toegang voor Nieuw-Zeelandse exporteurs en bedrijven zou bieden. Vooral voor die sectoren die de ruggengraat vormen van de economie, zoals onze zuivel- en vleesexporteurs.”