Arla koopt groene stroom van eigen melkveehouders

Dat reduceert de klimaatvoetafdruk van het concern. En de melkleveranciers in de diverse landen krijgen een betere prijs voor hun stroomproductie. Dat heeft Arla dinsdag meegedeeld.

Transitie naar duurzame energie versnellen

De melkveehouders kunnen hun eigen coöperatie zo helpen om de transitie naar duurzame energie te versnellen, verklaart duurzaamheidschef Hanne Søndergaard. “Terwijl het concern de waarde van zijn investeringen in duurzame energie kan maximeren.” Tevens ziet Søndergaard het plan van Arla als een stap in de richting van een circulaire economie.

Voordeel voor melkveehouders

Tot nu toe konden de Arla-melkveehouders hun gecertificeerde groene elektriciteit alleen kwijt via de gebruikelijke weg, namelijk aan een energiebedrijf of aan een bedrijf dat handelt in elektriciteit. Door hun certificaten direct aan Arla te verkopen, kunnen ze de tussenschakel overslaan en zo de volledige waarde verzilveren die het concern anders zou moeten betalen op de vrije markt. Daarnaast bespaart Arla met dit plan op de kosten die het bedrijf moet maken om stroom in te kopen op de vrije markt.

Arla wil CO2-neutraal zijn in 2050

Het aandeel duurzame energie in Arla’s verbruik is volgens het concern zelf momenteel 35%. De broeikasgasemissies zouden sinds 2015 met 24% zijn teruggebracht. In 2030 moet dat 30% worden, met als einddoel in 2050 CO₂-neutraliteit.

Van de 9.700 leden-leveranciers in Denemarken, Zweden, Duitsland, de Benelux en het Verenigd Koninkrijk heeft 24% productiefaciliteiten voor duurzame energie, hetzij zonnepanelen of windmolens. In Duitsland en Luxemburg moeten de melkveehouders hun certificaten overdragen aan de overheid, omdat ze voor hun stroomproductie subsidie ontvangen. Als deze producenten niet worden meegeteld, is het aandeel leveranciers dat duurzame energie opwekt 14%, aldus Arla.