Skip to content

Pijnlijke ledenbeoordeling RFC roept vragen op

Een pijnlijk rapport van de leden voor het bestuur van FrieslandCampina maakt nog niet alles helder.

Foto: Mark Pasveer

Foto: Mark Pasveer

Een pijnlijke rapport van de leden voor het bestuur van coöperatie FrieslandCampina maakt nog niet alles meteen helder. Eerst zijn er nog meer vragen.

Coöperatie FrieslandCampina heeft zichzelf de maat laten nemen met een bevraging van de leden. Het is een dappere oefening, waarvoor een gerenommeerde club in ingezet: De Nationale Coöperatieve Raad (NCR). Rode draad in het dit voorjaar afgenomen onderzoek was in wezen de vraag: functioneert zuivelcoöperatie FrieslandCampina zoals je zou willen dat een coöperatie idealiter functioneert?

Lees ook: Leden FrieslandCampina voelen weinig binding

Ondubbelzinnig nee

Het antwoord van de leden op deze vraag is ondubbelzinnig nee. Een meerderheid van de bijna 3.200 leden die de moeite namen om de vragenlijst te beantwoorden vindt van niet. Er is te weinig betrokkenheid, gevoel van binding en vertrouwen in de hogere besturen. Voor een coöperatie die zich altijd voorstaat op de selectie van bestuurders op grond van juist het element ‘kwaliteit’, moet het leden-rapportcijfer extra lastig voelen. De leden herkennen deze kwaliteit immers niet bij degenen die boven hen staan, en die zijn aangesteld om de coöperatie naar ieders wens te laten fungeren.

‘Niet representatief’

Nu valt hier en daar de kritiek te horen dat slechts 22% van alle aangeschreven leden heeft gereageerd en dat de onderzoeksresultaten dus niet representatief zijn. Met dat argument maakt de NCR korte metten. De respons is volgens het instituut niet afwijkend van wat gangbaar is en met meer dan 3.000 reacties zeker representatief.

Wat gaat bestuur doen?

Grote vraag is: wat gaat het bestuur doen met deze onvoldoende van de leden. Het officiële verhaal is dat de rapportage meegenomen wordt in de discussie over de modernisering van het coöperatiebestuur (de ‘governance’). In dit kader is het onderzoek juist ook uitgezet.

Grote vraag is: wat gaat het bestuur doen met deze onvoldoende van de leden

Het wordt echter niet duidelijk gemaakt hoe met het rapport zal worden omgegaan. Is het een aanvulling op de al lopende discussie over de governance en is het bedoeld om op onderdelen nog wat bij te sturen? Of is de uitkomst van dit onderzoek de basis om de gehele governance, zoals die nu bestaat, nog eens goed onder de loep te nemen en zo nodig radicale verbeteringen door te voeren?

Voorkeur

Het lijkt er op dat het coöperatiebestuur een voorkeur heeft voor het eerste. Anders was het logisch geweest om de NCR-rapportage op een eerder moment in de discussie in te brengen. Nu is er in het bestuur en de ledenraad al een hele discussie gevoerd. Daar is eerder deze zomer en najaar ook over bericht en het NCR-rapport is ruim twee maanden geleden al besproken in de ledenraad. Ondertussen hebben de leden zelf dit rapport nog amper kunnen lezen, die wisten tot afgelopen weekeind nog niets van de resultaten van hun inbreng.

‘Balen, maar niet verrast’

Rond het rapport zweeft nog een vraag. Hoofdbestuurder Cor Hoogeveen en districtsvoorzitter Alma Frederiks geven in een reactie aan dat ze ‘balen van’ de uitkomsten, maar ook dat ze ‘niet verrast’ zijn. Vooral dat laatste is wel verrassend. Het bestuur weet dus al langer van de kloof tussen leden en coöperatie, maar had kennelijk eerst een rapport nodig om dit toe te geven. Het maakt nieuwsgierig naar de vervolgacties van het bestuur. Het begint oogde in ieder geval dapper.

Snel delen

Afbeelding
Klaas van der Horst

Voormalig redacteur

Misset Uitgeverij B.V. Auteursrecht voorbehouden

Algemene voorwaarden Privacy Cookies

Beheer
WP Admin