Betere prijs voor de boer staat bij vlees van Dreug centraal

Ivo van Dijk was aanvankelijk van plan om na zijn opleiding veehouderij aan de HAS in Den Bosch een baan te zoeken als voorlichter bij bijvoorbeeld een voerleverancier. Dat bleek anders te lopen. “De maatschappij verwacht dat boeren veel doen op het gebied van duurzaamheid en dierenwelzijn, terwijl ze een veel te lage prijs voor hun product betaald krijgen. Daar had ik grote moeite mee”, legt de initiatiefnemer uit.

Extra opbrengst boeren naar dierenwelzijn en duurzaamheid

Zodoende besloot hij daar zelf verandering in te brengen en startte hij met het maken van droge worst. “Hiervoor betalen wij minimaal 50% meer dan andere partijen in de markt. Daarbij stellen we als voorwaarde dat boeren die met ons samenwerken hun extra opbrengst steken in het verbeteren van het dierenwelzijn en de duurzaamheid in hun bedrijf.”

De grootste verandering is dat de varkens door de extra vergoeding buiten gehouden kunnen worden

Inmiddels wordt samengewerkt met vier boeren. Zij hoeven niet aan bepaalde eisen te voldoen of aangesloten te zijn bij een bepaald keurmerk. Wel vindt Van Dijk het belangrijk dat ze intrinsiek gemotiveerd zijn om het dierenwelzijn verder te verbeteren. “Ik kom regelmatig bij hen op het erf. Zodoende kan ik zien welke verbeteringsslagen er worden gemaakt. De grootste verandering is dat de varkens door de extra vergoeding buiten gehouden kunnen worden. Dat vind ik fantastisch.”

Zeugenvlees en pure ingrediënten

Vanaf de start besloot Van Dijk zeugenvlees te gebruiken. “Ik heb op een varkensbedrijf gewerkt en vond het vreemd dat zeugen zo weinig opbrengen. De zeugen zijn na drie jaar uitgeproduceerd en dan moeten ze van dat erf af. De industrie ziet kans om de boeren een ontzettend lage prijs te betalen. Daardoor wordt vaak gedacht dat het vlees niet goed is. Maar het tegendeel is waar. Zeugenvlees is juist van uitstekende kwaliteit.”

Samen met een slager in de buurt van Enschede heeft Van Dijk de eerste worsten van Dreug ontwikkeld, die tevens in de slagerij geproduceerd werden. Tot de productie te groot werd voor de lokale ondernemer. Een jaar geleden hebben de broers een productiebedrijf in Enschede overgenomen, waar in het verleden voornamelijk droge worst werd geproduceerd. “Dat biedt veel kansen. We kunnen nu onze worsten helemaal zelf maken. Natuurlijk heeft het tijd gekost om de productie helemaal onder controle te krijgen, maar dat is inmiddels heel goed gelukt.” Het worst maken is volgens de ondernemer niet heel moeilijk. “Zolang er pure ingrediënten worden gebruikt. Dus puur vlees en pure kruiden.”

Korte lijnen

Ondanks de nieuwe productielocatie worden de varkens nog steeds bij een lokale slager in Losser geslacht. “Wij doen direct zaken met de boer en de slachter”, vertelt Van Dijk. “Vervolgens verwerken wij het vlees zelf. Dat zorgt voor een efficiënte keten. Dat is voor ons natuurlijk ontzettend belangrijk, aangezien onze basisgrondstof duurder is. Maar door de korte keten kunnen we het prijsverschil redelijk compenseren. Al ligt ons product natuurlijk wel voor een iets hogere prijs bij de speciaalzaken dan de reguliere worst.”

Door de korte keten kunnen we het prijsverschil redelijk compenseren

Inmiddels heeft Dreug tien verschillende soorten worst in het assortiment: vier verschillende droge worsten en zes schimmelworstvarianten. Van Dijk: “We produceren ongeveer 450.000 worsten per jaar en leveren aan circa honderdvijftig speciaalzaken door heel Nederland.”

Smaak blijft het belangrijkste

Hij merkt dat het verhaal achter de duurzame worst goed door consumenten wordt ontvangen. “Maar het allerbelangrijkste is de smaak. Alleen als je heel lekkere worst maakt, zijn consumenten bereid om er meer voor te betalen. Mensen zijn heel enthousiast over onze worst.”

Dat komt volgens de initiatiefnemer vooral doordat de kwaliteit van het vlees heel hoog is. “De dieren hebben veel bewegingsvrijheid doordat ze buiten kunnen lopen. Het zeugenvlees is meer doorbloed dan vlees van jonge geslachte varkens. Daardoor is het sterker en rijper van smaak. Verder worden de dieren stressvrij geslacht. Dat draagt allemaal bij aan de onderscheidende smaak.”

Gedroogde vleeswaren

Binnenkort wordt het assortiment van Dreug uitgebreid met gedroogde vleeswaren. Van Dijk licht toe: “In eerste instantie hebben we voor droge worst gekozen om snel en efficiënt te kunnen werken. De kwaliteit van het vlees is echter zo goed, dat het zonde is om er niet meer mee te doen. Het is eigenlijk heel jammer om er niet meer uit te halen.”

Inmiddels hebben ze samen met een chef-kok een aantal vleeswaren geproduceerd, zoals coppa lardo, en pancetta, die drie maanden gerijpt worden in de eigen droogkamers. Met deze vleeswaren hebben de broers deelgenomen aan de internationale vakwedstrijd Confrérie des Chevaliers. “Daar zijn ze zeer goed beoordeeld; ze hebben bijna het maximale puntenaantal gekregen”, aldus Van Dijk, die verwacht dat de eerste gedroogde vleeswaren binnen twee maanden in de delicatessewinkels te vinden zijn.

Retailmerk en richting de supermarkt

Daarnaast willen de broers van Dreug heel graag een biologische tak opzetten en uitbreiden richting de supermarkt. “Hiervoor willen we een eigen retailmerk introduceren met andere producten dan in de speciaalzaken te koop zijn. We hopen dat de eerste producten in september in de winkel liggen. En wellicht is dan ook productie onder private label mogelijk.” Deze uitbreiding neemt allerlei uitdagingen met zich mee. “In de speciaalzaken vertellen de ondernemers het verhaal achter ons product. Dat wordt voor de retail nog wel een uitdaging. Maar als het zou lukken om dat in de supermarkten voor elkaar te krijgen, dan zou dat heel gaaf zijn.”

We hopen dat de eerste producten in september in de supermarkt liggen

Van Dijk is heel blij deze efficiëntieslag te kunnen maken. “Gelukkig hebben we nog diverse boeren op de wachtlijst staan, die graag met ons willen samenwerken. Dus qua varkensvlees zit dat goed.” Het belangrijkste blijft de meerprijs voor de boeren, benadrukt hij. “Een boer is geen boer geworden om 10.000 varkens te houden. Dit systeem is onhoudbaar voor de toekomst. Daar willen wij verandering in brengen. Daar is het allemaal mee begonnen. Het is ontzettend fijn als dat lukt.”