Skip to content

Circular Factory helpt bedrijven van start-up naar eigen fabriek

Er zijn tal van uitdagingen om van start-up naar succesvol bedrijf te groeien, zoals de kritieke scale-up-fase. Om hierbij te helpen is het Circular Factory-programma gestart.

Updated on:
Interview
Food
Lindy Hensen is medeoprichter van Circular Factory programma. premium

Lindy Hensen is medeoprichter van Circular Factory programma. - Foto: Van Assendelft Fotografie

Voor een voedseltransitie zijn innovaties nodig. Start-ups brengen deze innovaties vaak voort en evolueren na een lange weg tot volwaardige bedrijven. Er zijn tal van uitdagingen om van start-up naar succesvol bedrijf te groeien, zoals de kritieke scale-up-fase. Om hierbij te helpen, startte Lindy Hensen van Tekkoo het Circular Factory-programma samen met Blue City.

Hoe krijg je financiering voor een product dat net uit de eerste proeven of proefproject komt? Dat is een groot vraagstuk voor bedrijven met (voedings)innovaties. Het product heeft zich nog niet bewezen en kan dat tegelijkertijd ook niet omdat het nog niet op grotere schaal is geproduceerd. Lindy Hensen ondervond deze uitdaging met haar eigen bedrijf PeelPioneers. De kennis die ze opdeed, wil ze delen met haar bedrijf Tekkoo, maar ook met een programma dat zich volledig richt op het opzetten van een eerste productiefaciliteit voor scale-ups. In samenwerking met de Rotterdamse start-up-broedplaats Blue City heeft ze het afgelopen jaar de eerste bedrijven geholpen bij deze uitdaging.

Om te beginnen, kun je uitleggen wat een scale-up is en wat het verschil is met een start-up?

“Je begint als een start-up. Dat is de fase waarin je het product gaat ontwikkelen en op zoek gaat naar een markt voor dat product. Bij PeelPioneers was dat het ontwikkelen van de techniek om voedingsingrediënten uit sinaasappelschillen te halen. Dit onderzoek vergt tijd en investeringen. In de start-up-fase worden de producten op laboratorium en proefprojectschaal ontwikkeld; dan spreken we over grammen en kilo’s product. Een scale-up begint bij het produceren op grotere schaal en daadwerkelijk bedienen van klanten, het wordt een echt bedrijf. Bij PeelPioneers wordt ons ingrediënt afgenomen door voedselfabrikanten. Hiervoor heb je een grotere productielocatie nodig, demoproductie en dus, in het geval van voeding, een fabriek.”

Lees ook:  PeelPioneers wil alle sinaasappelschillen verwerken

Waarom zijn jullie met dit programma begonnen?

“Er zijn voldoende goede programma’s voor start-ups. In de fase van start-up naar scale-up voor zogenoemde Capex-intensieve start-ups is echter eigenlijk helemaal geen hulp. Het product is ontwikkeld en moet op grotere schaal worden geproduceerd om te kunnen verkopen. Voor de grotere schaal is financiering nodig en die krijg je alleen als je product wordt verkocht. Het is een soort kip-eisituatie. Ik heb zelf ervaren hoe uitdagend het is om een fabriek op te zetten en wat ik daarvan heb geleerd wil ik delen. Hoe krijg je commerciële tractie en investeringen? In samenwerking met Blue City en een aantal partners, zoals Renewi, InvestNL, stichting Doen, Stichting Ondernemersbelangen Rotterdam en de gemeente Rotterdam, hebben wij een programma ontwikkeld waarmee we bedrijven ondersteunen in de stap naar het opzetten van een fabriek.”

Wat zijn de gebieden waarop bedrijven ondersteuning nodig hebben?

“Naast dat het bedrijf een solide basis moet hebben, zoals de duurzame grondslag en het team, hebben we vier domeinen geïdentificeerd waarop bedrijven vooruitgang moeten boeken. Dit zijn onderwerpen waar potentiële investeerders naar vragen voordat ze investeren:

● Klanten: je moet afnemers hebben die in je product geloven en toezeggen het af te nemen. Als richtlijn houden wij aan dat je minimaal 50% van de productie in je fabriek verkocht moet hebben. Dit betekent dat afnemers volledig vertrouwen moeten hebben in het product en bereid moeten zijn één à twee jaar te wachten. De fabriek moet immers worden gebouwd;

● Grondstoffen: de fabriek moet gevoed worden en dus moeten de grondstoffen geregeld zijn. De bedrijven die het programma volgen, gebruiken bijna allemaal reststromen of afvalstromen, die een extra uitdaging bieden. Bij PeelPioneers hadden wij bijvoorbeeld een contract met Renewi dat de aanvoer van schillen regelt en moesten we een einde-afvalstatus regelen;

● Technologie: de technologie moet ver genoeg ontwikkeld zijn om opgeschaald te kunnen worden. Er moet een goed proefproject zijn uitgevoerd en de ondernemers moeten een idee hebben van de kosten van de productie. Technologie op kiloschaal en 10.000 kilo biedt andere uitdagingen. Grotere volumes en andere machines of technieken kunnen leiden tot andere resultaten dan in het lab;

● Financiering: je hebt miljoenen nodig om een fabriek op te zetten. Zijn alle subsidies benut en is naast investeringen ook gekeken naar leningen bij banken?

Hoe biedt het Circulair Factory-programma hierbij hulp?

“Wat we doen, is de bedrijven verbinden met onze partners en ons netwerk. De partners hebben veel kennis. Renewi heeft bijvoorbeeld jarenlange ervaring met grondstoffen. InvestNL kan ondersteunen bij het verkrijgen van financiering. We bieden ondersteuning bij de verdere ontwikkeling van de genoemde thema’s en brengen ondernemers in contact met andere gelijkgestemde ondernemers. Ondernemers die als doel hebben een circulair of duurzaam productiebedrijf op te starten, opereren in een niche binnen een niche. Daarom kunnen ze veel van elkaar leren. We bezoeken ook bedrijven die al een demofabriek hebben opgezet, zoals bijvoorbeeld ChainCraft. Ondernemers kunnen leren van de obstakels die anderen al hebben overwonnen.”

Is het extra uitdagend om op te schalen met een circulair voedingsconcept?

“Ja, dat denk ik wel. Het gaat om een fysiek product en het vergt veel meer geld om te ontwikkelen en op te schalen dan digitale innovaties. Het ontwikkelen van een voedingsconcept, het bouwen van een fabriek en het valideren van het eindproduct is niet makkelijk. Daarnaast is het zo duurzaam en circulair mogelijk werken een extra uitdaging. Ondernemers zijn zeer idealistisch en willen zo duurzaam mogelijk opereren in de fabriek. Echter, bij de start zullen soms toch keuzes moeten worden gemaakt. Verder hebben voedingsbedrijven te maken met strikte wet- en regelgeving die het gebruik van reststromen kunnen bemoeilijken.”

Lees ook: Bakkersgrondstof: gerecyclede grondstof verhoogt opbrengst met 10%

Jullie hebben net de eerste groep deelnemers afgerond. Wat hebben zij eraan gehad en wat ga je in de volgende ronde anders aanpakken?

“De eerste groep bestond uit zes bedrijven: Bakkersgrondstof, MaGie Creations, Nature’s Principles, Biophilica (plantaardig leer), BlueBlocks (bio-based designs) en Fairm (bio-based isolatiemateriaal). Alle bedrijven zijn begonnen met het verwerven van de investering die nodig is voor de bouw van de fabriek. Alle ondernemers zijn zeer positief over het programma. Toen we op bezoek gingen bij een bedrijf, begonnen de ogen van sommige ondernemers te stralen en absorbeerden ze de informatie als een spons. In de volgende ronde hebben we ons netwerk nog verder uitgebreid en richten we ons ook op zaken buiten de inhoudelijke onderwerpen, zoals hoe je je focus behoudt terwijl je naar je doel toewerkt. Verder blijft het doel hetzelfde: bedrijven voorbereiden op de volgende stap en zo Nederland een stapje meer circulair maken.”

Snel delen

Alieke Hilhorst
Alieke Hilhorst

Redacteur

Misset Uitgeverij B.V. Auteursrecht voorbehouden

Algemene voorwaarden Privacy Cookies

Beheer
WP Admin