Skip to content

Voedingsonderzoeker: ‘Wetenschap nodig voor gezondere samenleving’

Wat gezonde voeding is, kun je wetenschappelijk onderbouwen. Dat zegt onderzoeker Alwine Kardinaal.

voedingsonderzoeker premium

Alwine Kardinaal (60) is sinds 1 augustus themadirecteur gezonde voeding bij Top Institute Food & Nutrition (TIFN) in Wageningen. Deze functie beslaat een werkdag per week. De andere dagen werkt ze bij onderzoeksinstituut NIZO in Ede, als expertiseleider en adviseur/senior onderzoeker voeding en gezondheid. - Foto: Koos Groenewold

Wat gezonde voeding is, kan worden onderbouwd met wetenschappelijk onderzoek. Dat stelt voedingsonderzoeker Alwine Kardinaal. “Met studies bieden wij handvatten voor beleidsmakers op dit gebied. Als je zeker weet wat zinvol is, kun je stappen maken richting een gezondere bevolking.”

Gezonder eten en drinken is een groot gemeenschappelijk doel van overheid, industrieën en individuen. Onder andere doordat mensen te veel ongezonde producten nuttigen, neemt het aantal welvaartsziekten toe. Daarbij is bekend dat de zorg moet worden ontlast om het hoofd boven water te houden. Voorkomen is beter dan genezen. Voeding speelt hierin een belangrijke rol en gezonde voeding is dan ook een duidelijke trend.

Consumenten worden echter alle kanten op geslingerd bij het maken van voedingskeuzes. Marketing, reclame, diëtisten en influencers; ze lijken allemaal een eigen mening te hebben. Reden temeer om consumenten, ook via de levensmiddelenindustrie, handvatten te bieden in gezondere voedingskeuzes. Alwine Kardinaal, sinds 1 augustus themadirecteur gezonde voeding bij Top Institute Food & Nutrition (TIFN), heeft een duidelijk handvat: de wetenschap. “Wetenschappelijke studies onderbouwen niet alleen de gezondheidsclaims, ze geven ook inzicht in hoe voedingspatronen bijdragen aan een goede gezondheid.”

Kunnen consumenten die wetenschappelijke studies wel vinden?

“Het gaat erom dat je erkende instituten raadpleegt die zich baseren op gedegen onderzoek. Het Voedingscentrum is een heel bekende waarbij iedereen terechtkan. Niet alleen consumenten moeten zich goed laten informeren, ook beleidsmakers. Beleid moet ook gebaseerd zijn op wetenschappelijke studies. Wij (onderzoeksinstituten, red.) geven met wetenschappelijke onderbouwing het beleid handvatten om impact te hebben op gezondheid. Dat is voor ons het belangrijkst. Zo ontdek je wat zinvol is om te doen en kom je ook echt verder.”

Hoe belangrijk is voeding bij het voorkomen van ziekten?

“Het is een grote factor in een gezonde leefstijl, waarvan beweging en ontspanning bijvoorbeeld ook onderdelen zijn. Er zijn problemen. Mensen eten te veel en te ongezond. Dat heeft effect op gezondheid en leidt tot allerlei aandoeningen zoals diabetes, hart- en vaatziekten en kanker. Voeding en ziekten zijn aan elkaar gerelateerd via allerlei processen in het lichaam. Er gaat veel geld naar behandeling van ziekten, naar genezen dus. Met preventie voorkom je niet alleen veel persoonlijk leed, je houdt er ook de zorg betaalbaar mee. Voor het algemene welzijn zou het dus veel beter zijn meer aandacht te geven aan preventie. Daarvan is leefstijl, waar gezonde voeding onder valt, een belangrijk onderdeel.”

Lees ook: Schijf van Vijf krijgt plantaardig alternatief

Welke voeding is gezond?

“Er zijn algemene aanbevelingen; de Schijf van Vijf en het aantal te nuttigen calorieën. Als iedereen zich daaraan zou houden, waren we een heel eind. Dat vraagt om gedragsverandering. Aanbod aan en kennis over voeding zijn hierbij de grote prikkels. Daar zit een spanningsveld; mensen weten onvoldoende over gezonde voeding. Een bepaald product heeft op jou bovendien een ander effect dan op mij.

Het gaat ook om het totale eetpatroon. Mensen willen zelf kiezen en soms ook van iets minder gezonds genieten. Het is vrij ingewikkeld. In het onderzoek bij NIZO zien we duidelijk de vraag naar producten die minder suiker, zout en vet bevatten. Zo ontwikkelden we brood- en vleesproducten met minder zout en – echt lekker – calorie-arm softijs. Zo’n product vermarkten is weer een heel ander hoofdstuk.”

Hoe bewijs je dat voeding gezond is?

“Uitspraken over gezondheid van voedingsmiddelen moet je bewijzen, daar is wetgeving voor, om misleiding van consumenten te voorkomen. In de praktijk komt het er vaak op neer dat een bedrijf een vooronderzoek laat doen naar de haalbaarheid van een gezondheidsclaim. Daarna wordt besloten of ze doorgaan met de opbouw van een dossier, dat uiteindelijk bij voedselveiligheidsautoriteit Efsa wordt voorgelegd en beoordeeld door wetenschappers. Dat is dus echt een kwestie van jaren. Je moet goed beslagen ten ijs komen.

Meerdere studies met een overtuigende uitkomst zijn nodig. Dat is een flinke horde voor bedrijven en daarmee ook een risico. Hierdoor worden op Europees niveau jaarlijks hooguit een handjevol claims goedgekeurd. Bij vitaminen en mineralen is dat anders trouwens. Die sector kan terugvallen op bestaande en erkende studies.”

Welke trends nemen jullie waar in voeding?

“Fermentatie is een heel duidelijke. Deze oude techniek, waarmee bijvoorbeeld zuurkool wordt gemaakt, staat volop in de belangstelling, omdat het lekker en gezond is om groente te fermenteren. Het daadwerkelijke effect van microbiota, in voedsel en in onze darmen, op de gezondheid onderzoeken we zowel bij NIZO als in grote TIFN-consortia. Vooral de invloed op je weerstand vind ik interessant. Verder zijn eiwitten natuurlijk een belangrijke trend, door de transitie naar plantaardige voedingspatronen. Duurzaamheid is ook bijzonder belangrijk. Dat zie ik graag hand in hand gaan met gezondheid.

Het verhaal over duurzaamheid is overigens een stuk makkelijker te vertellen dan over gezondheid. In ons onderzoek combineren we deze twee aspecten waar dat mogelijk is. Zo zijn reststromen een heel interessante bron voor nieuwe, gezonde en duurzame voedingsproducten. Absoluut iets waar veel aandacht voor is.”

Wanneer kunnen we gebruikmaken van gepersonaliseerde voeding?

“Het wordt al wel aangeboden. Sommigen beweren met een druppeltje bloed of een monstertje poep een gepersonaliseerd dieet te kunnen voorleggen, dat onze gezondheid optimaal kan ondersteunen. Daarvoor is het echter nog te vroeg. De onderbouwing van gepersonaliseerde voeding is heel complex. Je moet sowieso onderzoek doen naar het effect op echte mensen, resultaten van een laboratoriumtest zijn niet genoeg. Ik zie gepersonaliseerde voeding wel voor me, maar nog in de toekomst. Dan zou je bijvoorbeeld zelf met data in een app tot een dieet kunnen komen dat voor jou het beste is. Dat zou tot een gedragsverandering kunnen leiden. Hopelijk bij een grote groep.”

Snel delen

Petra Vos
Petra Vos

Redacteur

Misset Uitgeverij B.V. Auteursrecht voorbehouden

Algemene voorwaarden Privacy Cookies

Beheer
WP Admin